positieve uitspraken kind

Positieve uitspraken naar je kleintje

Mijn 7-jarige en ik liggen regelmatig samen in de clinch, oftewel in een negatieve spiraal. Dat komt niet door haar, dat komt niet door mij, het komt door de omstandigheden. Lekker makkelijk natuurlijk, om de omstandigheden de schuld te geven, maar ik voel me al schuldig genoeg, dus ik schuif het op de omstandigheden.

Wat ik allemaal uitblaat tijdens zo een negatieve spiraal, dat is niet fraai. Dat weet ik en daarom voel ik mij er ook zo schuldig over. Voor elke negatieve uitspraak, zijn er tien positieve uitspraken nodig om de schade een beetje te herstellen. En daarnaast hebben positieve woorden ook een duurzaam effect op je kleintje, daar ben ik van overtuigd.

42 positieve uitspraken naar je kind

  1. Wat ben ik blij met jou
  2. Je maakt mij heel trots
  3. Wat heb jij goede ideeën
  4. Je bent welkom
  5. Ik vind het fantastisch dat ik jouw moeder ben
  6. Je hoeft het niet perfect te doen om fantastisch te zijn
  7. Wat jij ervan vindt is belangrijk
  8. Jij bent belangrijk
  9. Ik vind je lief
  10. Ik vind je mooi
  11. Ik geloof dat je het kunt
  12. Je kunt het
  13. Ik weet dat je je best deed
  14. Je heb gelijk
  15. Je bent zo waardevol
  16. Je bent het waard
  17. Je maakt mij blij
  18. Samen met jou zijn is gezellig
  19. Je bent goed in …
  20. Je bent heel creatief
  21. Ik wil graag weten hoe het met je gaat
  22. Jij maakt het verschil
  23. Wees jezelf, je bent fantastisch
  24. Ik heb zin om samen iets te doen
  25. Ik luister graag naar je verhalen
  26. Dat is een goede vraag
  27. Ik geloof je
  28. Ik vertrouw je
  29. Je blijft me verrassen
  30. Het geeft me een geweldig gevoel jouw moeder te zijn
  31. Je ziet er mooi uit
  32. Dat heb je mooi gedaan
  33. Ik luister naar je
  34. Ik begrijp je
  35. Ik waardeer je
  36. Ik hou van jou
  37. Ik zal altijd van jou houden
  38. Jij bent mijn lieverd
  39. Niemand is perfect
  40. We maken allemaal wel eens fouten
  41. Ik vergeef het je
  42. Wil je mij ook vergeven?

Positieve uitspraken naar je kind

Uitgelichte afbeelding: Shutterstock

perfecte moeder

Weg met deze schuldgevoelens!

Ik zag mezelf altijd als relaxte moeder. Totdat ik kinderen kreeg. Toen was al het relaxte ver te zoeken. Relaxte gevoelens maakten plaats voor schuldgevoelens. Want als ik niet relaxt ben, ben ik onrustig, geïrriteerd of gewoon heel onaardig. Allemaal kenmerken om je achteraf schuldig over te voelen.

Maar weet je? Soms is het gewoon niet nodig, die schuldgevoelens. Soms is het zoals het is. En iedereen heeft dat maar te accepteren.

Dus, weg met die schuldgevoelens! Om maar te beginnen met deze:

Geen speeldate please!

– Het weigeren van een speeldate. Of het aandringen om je kleintje bij haar vriendinnetje te laten spelen. Er was een tijd dat ik het heel fijn vond dat mijn kleintje eindelijk een vriendinnetje mee naar huis nam. Dat hield namelijk in dat ze na een jaar op de kleuterschool eindelijk wat sociale skills had opgebouwd. Inmiddels kent ze haar plek en ik haar vriendinnetjes. En ze zijn lief hoor, echt waar. Maar mag die herrie en drukte ook een keer bij een ander? En anders niet…

Gezonde maaltijd?

– Niet alle maaltijden zijn even gezond. Mijn kleintjes begonnen hun leven heel gezond. Borstvoeding, vers gekookte/gestoomde/geweetikveel groentehapjes en suikervrije drankjes. Al snel kwam gemak om de hoek kijken en de potjes vlogen door de magnetron. Inmiddels zijn we dat stadia voorbij en ik doe mijn best om bij mijn kleintjes zoveel mogelijk vitamientjes en gezonde voedingsstoffen naar binnen te werken. Maar er zijn weleens avonden dan zijn de maaltijden iets minder voedingsrijk.

Verhaaltje voorlezen overslaan

– Het verhaaltje voor het slapen gaan overslaan. Helaas loopt het weleens zo dat ik het verhaaltje voor het slapen gaan even skip. Soms hebben ze niet lekker meegewerkt en ging het naar-bed-ritueel zo traag als dikke stront, dat mijn laatste onderhandelingsmiddel ‘dan lees ik geen verhaaltje’ is. En ja, als ik dat drie keer geroepen heb, moet ik om nog serieus genomen te worden, ook de daad bij woord voegen. Achteraf denk ik dan, ach arme stakkers, ze wilde nog zo graag een verhaaltje…

Hup hup hup!

– De kleintjes gehaast naar bed brengen. Soms wil je gewoon dat het even allemaal vlot gebeurt. Dat ze, zodra ze hun koppie op het kussen leggen, ook meteen in diepe slaap zijn. Gewoon omdat je toe bent aan neerploffen op de bank met een wijntje. Of omdat je nog een afspraak hebt, waar je graag een keer op tijd wilt zijn. Achteraf verloopt zo een vlotte naar-bed-breng-sessie nooit echt gezellig. Echt zo een dingetje om je schuldig over te voelen.

Niet alles gaat goed

-Niet in staat zijn om het allemaal goed te kunnen doen. Voelt heel kut vervelend. Maar vergeet dat maar, want niemand kan het allemaal goed doen! En dat is niet erg, want morgen is er weer een dag en dan proberen we het weer opnieuw.


Afbeelding: Shutterstock

Een bullebak in de ballenbak

Ik heb gemerkt dat ik me over mijn dochters toch wat meer zorgen maak dan over mijn zoon. Het liefst zou ik de hele dag een bodyguard met ze mee sturen om ze te beschermen tegen alle schurken, bandieten en gladjakkers die hun maar lastig zouden kunnen vallen in de grote boze buitenwereld.

Gelukkig heb ik ook een zoon die de taak van bodyguard op zich kan nemen. Hij heeft het als jochie van vier niet altijd even gemakkelijk met een oudere en jongere zus om zich heen. Zijn grote zus wint het fysiek nog gemakkelijk van hem. Zijn kleine zus laat zich de kaas niet van het brood eten, ze heeft als jongste geleerd goed van zich af te bijten. Toch merk je nu al dat hij, als het nodig is, voor zijn zussen door het vuur gaat.

Laatst waren we in een warenhuis met een aparte speelruimte voor de kinderen. De vrouw wilde graag even ongestoord shoppen, dus ik nam de kinderen mee naar de speelruimte, waar ze alle drie de ballenbak in gingen. Zelf installeerde ik me in een hoekje op een stoel en hield een oogje in het zeil.

Er waren nog een paar kinderen in de ballenbak aan het spelen, waaronder een irritante jongeman die met een psychopatisch plezier zijn broertje en zusje terroriseerde. Toen zijn broertje en zusje op zoek naar hun ouders gingen om hun beklag te doen, zocht de jongen meteen een nieuw slachtoffer. Zodra hij de kans kreeg duwde hij mijn oudste dochter hardhandig van een speeltoestel af. Mijn dochter begon zich snikkend een weg naar de uitgang van de ballenbak te banen en ik wilde al overeind komen om het vervelende jongetje vermanend toe te spreken en mijn dochter bij de uitgang op te vangen. Maar dat eerste bleek niet nodig, want mijn zoon was al in aktie gekomen.

Hij stapte resoluut op de bullebak af. Die was zo’n twee koppen groter, dus ik was benieuwd wat er zou gebeuren en besloot het even af te wachten. Van twee meter zie ik mijn peuter een ballenbakbal midden tussen de ogen van de bullebak gooien. De jongen had dit niet aan zien komen en keek verdwaasd om zich heen. Pats! Meteen nog een bal midden in zijn gezicht. Nu sprongen de tranen in zijn ogen. Ik besloot mijn zoon terug te fluiten: “Bodhi, niet met ballen naar andere kinderen gooien, dat is niet leuk!”. Hij keek me vol verbazing aan en mompelde: “Maar papa, hij ging Fenne pijn doen!?”.

Nu ben ik niet voor gewelddadige oplossingen, maar stiekem ben ik toch wel trots op mijn kleine man, die de confrontatie niet uit de weg gaat. Want wat is het heerlijk om te weten dat ik een bodyguard voor mijn kleine meiden in huis heb!

wet van murphy ouderschap

De wet van Murphy van het ouderschap

De wet van Murphy: “if there’s any way they can do it wrong, they will”. Vrij in het Nederlands vertaald: “als iets mis kan gaan, dan gaat het ook een keer mis”, aldus Wikipedia.

In het ouderschap gaan er heel veel dingen goed. Dat zijn de dagen dat alles op rolletjes loopt en ook lekker blijft rollen. Maar men moet de snaren niet te strak spannen, want voor je het weet komt Murphy om de hoek koekeloeren. Dat zijn de dagen waarin er iets dat mis kán gaan, ook mis gaat.

Murphy’s wet van de tijd

Kinderen kunnen ontzettend snel zijn. Bijvoorbeeld wanneer ze willen ontsnappen uit de tandartsstoel of uit hun bed. Ze kunnen ook te snel groeien, bijvoorbeeld wanneer je dat schattige jurkje achterin de kast vindt en erachter komt dat het al drie maten geleden aangetrokken had moeten worden.

Maar… wanneer het hen uitkomt (en jou uiteraard niet) kunnen ze ook ontzeeeeeeeeeeettend langzaam zijn. Bijvoorbeeld wanneer je nog tien minuten lopen van huis bent en je ontzettend nodig naar de wc moet, of wanneer je even snel de auto in wilt stappen omdat je op tijd op je afspraak wilt zijn en je kleintje besluit om uitgebreid te gaan poepen, kotsen of iets anders ranzigs.

De wet van nooit weten waar je aan toe bent 

Geloof me. In het ouderschap weet je nooit, maar dan ook nooit waar je aan toe bent. Heb je net groot sperziebonen ingekocht, dan is plotseling boerenkool hun lievelingseten. Zet je de roze beker voor ze neer, dan willen ze alleen nog maar blauw. Snijd je de boterham in zes stukjes, dan moest ‘ie dubbel. Doe je de boterham dubbel, dan had ‘ie in stukjes gemoeten.

Murphy’s wet van ‘vlak nadat’

Vlak nadat je de bedden hebt verschoont, pist er één in zijn bed. Vlak nadat je de auto hebt gezogen, leegt er één zijn broekzakken of schoenen vol met zand in je auto. Vlak nadat je de muren geschilderd hebt, veegt er één zijn spaghettihanden af aan de muur. Vlak nadat je kleintjes in bad zijn geweest, vind er één nog ergens een stuk chocolade. En vlak nadat je je nieuwe vloerkleed neerlegt, je kleintje besluit om met glitters te gaan knutselen.

Murphy’s slaapwet 

Murphy en slapen… BRRR! Het moment dat je (nadat je drie kwartier op de koude vloer naast het bedje gelegen hebt) de kamer uit probeert te sluipen, plakken je voeten aan het laminaat wat nét even teveel geluid maakt, waardoor je kleintje weer op slag klaarwakker is. Of wanneer je je kleintjes de hele week wakker hebt moeten maken voor school, staan ze in het weekend om 6.00 naast je bed te tetteren. En wanneer je het nieuws van een doorslapende baby wereldkundig maakt, vergeet het maar! De komende maand(en) ben je elke nacht weer in de weer.

Oh ja! Wanneer je besloten heb om het middagdutje eruit te halen omdat je kleintje nooit gaat slapen, dondert ze ineens elke middag in slaap op de bank. Of als je een hele autorit bezig bent geweest om je kleintjes wakker te houden, dan raken ze bij de laatste bocht in een diepe coma, waar ze dan de komende uren niet meer uitkomen om vervolgens de hele avond klaarwakker te zijn.

Echt, Murphy en slapen… BRRR!

De wet van Murphy en opvoeden… 

Opvoeden is het goede voorbeeld geven… Je hebt zojuist je kleintje uitgelegd dat FUCK geen net woord is om zomaar te roepen. Op dat moment gebeurt er iets waardoor er heel hard FUCK uit jouw mond komt rollen. Ook zullen je kleintjes de hele godganse dag door met elkaar kibbelen, ruzie maken of zelfs de hersenen in slaan. Tòt die 10 minuten voor ze naar bed gaan, dan zijn ze elkaars beste vrienden die samen plannetjes bedenken om maar niet het bed in te hoeven. En dan nog dat moment waarop je je voorbeeldige, schattige, zoete kleintjes even meeneemt naar die ‘belangrijke’ afspraak en je kleintjes besluiten om onhandelbare brutale monstertjes te worden en om de haverklap vragen wanneer je nou eens klaar bent omdat ze naar huis willen.

Uiteindelijk blijkt, Murphy is gewoon een eikel.

Afbeelding baby: Shutterstock

Monsterlijke peuters… van een ander

We zitten weer lekker in het ritme. Kleintjes naar school, peuter haar rust weer terug, de hond kan weer normaal rondlopen zonder dat er elke meter aan haar poot getrokken wordt, voor een dikke (voor haar onplezierige) goedbedoelde knuffel weliswaar, maar toch denk ik dat ze dat niet héél erg mist en ik kan mezelf zo nu en dan weer eens horen denken.

Ook de, bij mijn peuter, nogal populaire knutselclub is weer van start gegaan. Voor wie denkt ‘oh my god, een knutselclub, serieus?’, ja die gedachte klopt wel een beetje. Een hok vol met iets te hard pratende, over elkaar heen vallende, maar oh zo lieve peutertjes, met als één doel: knutselen oftewel wat door kinderhandjes gesmeten glitter- en verf opvangen op een blaadje. En dat vervolgens een vogel noemen. Of een zon.

Anyway. Peuters dus. Onderdeel van mijn ‘guilty pleasure’.

Want iedereen heeft dat, een guilty pleasure. Voor de één is het het foute uur op de radio. Voor de ander is het een enorm stuk cheesecake tijdens een quinoa dieet. Voor mij? Voor mij is dat het kijken naar andermans peuter die zichzelf even volledig verliest in zijn eigen krankzinnigheid. En er is geen betere plek om dat te doen op de knutselclub.

Nu kun je twee dingen denken.
1. Wat een rotmens! Maar stiekem heeft ze wel een beetje gelijk.
2. Inderdaad! Hoe fijn is het dat als je aan winkelen bent en je een krijsende peuter hoort, je niet hoeft in te grijpen. Wat een ongepast en onaardig gevoel, maar wat een vreugde komt er direct als een wervelstorm overheen. Je hoeft er niks mee! Alleen toekijken en eventueel wat troostende blikken toewerpen. Verder nada, niks, helemaal niets!

En zo gebeuren dat soort taferelen ook regelmatig bij de glansrijke knutselclub. Peuters van een ander met doodnormale, of soms een tikkie overdreven, peutertrekjes. En als die trekjes dan uit de hand lopen, geeft het je gewoon een lekker goed moedergevoel, want het gebeurd ook bij een ander. Ook al heeft je eigen krijskuiken nog geen 5 minuten eerder een soort gelijke instorting gehad, welke je met omkoping hebt weten te sussen.

Ja die guilty pleasure van mij. Ik zou er bijna notities van maken. Want wat kunnen sommige moeders, ondanks de hoge decibellen, toch creatief nadenken om hun kleintje te temmen. Daar kan ik wat van leren. Maar het allermooiste aan mijn guilty pleasure is dat je weer bewust wordt dat je niet de enige moeder bent met een lief klein mensje dat zich binnen no-time kan ontpoppen tot een monsterlijk wezen.

Soepele ochtenden

Wij in het noorden hebben er alweer een paar ochtenden op zitten. En zoals jullie misschien wel weten, ik ben geen ochtendmens. Nog even en dan moeten ook Midden- en Zuid-Nederland er weer aan geloven. De scholen gaan weer beginnen en in vele gevallen gaan ook de ochtenden weer beginnen.

Hoog tijd om eens wat eenvoudige tips te geven om die ochtenden wat soepeler te laten verlopen…

Gebruik ochtendroutine kaarten, zoals deze die je gratis kunt uitprinten. Je kunt ze natuurlijk ook heel simpel zelf maken. De kaarten zullen je kleintje er aan helpen herinneren wat hij of zij allemaal moet uitvoeren en het scheelt jou weer alles 10 keer te herhalen. “Trek je kleren aan, poets je tanden, trek je schoenen aan, trek je schoenen aan, trek je schoenen aan, trek je schoenen aan”, behoort tot de verleden tijd…

– Discussies over kleding in de ochtend? Ben je vergeten om de avond van te voren de kleding klaar te leggen? Ga op zondagavond samen met je kleintje voor de kast staan en laat je voor één keer los in een vurige discussie, maar kies dan wel 5 setjes voor de komende week uit. Gebruik organizers zoals deze of deze en de rest van de week hoef je niet meer over de kleding na te denken.

– Dit is een lastige, althans voor mij. Zet de ontbijtspullen de avond van te voren klaar. Lastig omdat ik er regelmatig al niet eens in slaag om de zooi van het avondeten van het aanrecht af te krijgen. Maar mijn hemel, wat een tijd scheelt het als je beneden komt en alles staat er netjes bij en klaar om aan te schuiven…

– En dat brengt me bij het volgende: Geef je kleintjes een gezond maar wel snel ontbijt. Een paar tips vind je hier. En nu nog zorgen dat die kleintjes een beetje dooreten… Sorry daar heb ik geen tips voor. 

– Als laatste, iets waar bij ons thuis heel veel tijd aan verspild wordt: wéér omkleden omdat er altijd wel iemand binnen een half uur weer vies is. Oplossing: draag allemaal een ochtendjas, schort of wat dan ook over je kleding. Vergeet dit alleen niet uit te trekken op het moment dat je het huis verlaat.

Peuter in huis? Dit is jouw wet van Murphy

De wet van Murphy: “if there’s any way they can do it wrong, they will”. Vrij in het Nederlands vertaald: “als iets mis kan gaan, dan gaat het ook een keer mis”, aldus Wikipedia.

peuter

Tja… En als je dan dus een peuter in huis hebt, dan is het een hele uitdaging om alles op rolletjes en naar wens te laten verlopen. Er kan namelijk werkelijk van alles misgaan met een peuter in je buurt. En dan vooral op de meest ondenkbare manieren en momenten.

Zo denk je namelijk te weten hoe je zijn broodje moet snijden. Maar daar gaat het mis! Je moet niet denken dat je weet hoe hij het wil, hij wil het namelijk compleet anders. Net als het dotje ketchup, dat moet niet links, dat moet rechts. En die roze beker moet blauw zijn en als die blauw is, moet die roze zijn. En die appel wil hij kluiven, die moet niet in stukjes. Of toch wel?

Of die nacht, na twee weken een droge luier in de ochtend, dat je besluit je peuter zonder luier te laten slapen. En ja hoor, daar sta je dan midden in de nacht een bed te verschonen. Of het moment dat je je heerlijke stukje vlees bakt en je peuter besluit te gaan poepen… Op de vloer… Óf dat moment dat je ’s avonds eindelijk op de bank ploft en je eerste slokje wijn probeert te nemen en je boven gegil hoort omdat je peuter een nachtmerrie heeft gehad.

Die keer dat je ruim op tijd je kleintjes klaar hebt om naar school te gaan en je realiseert dat je zelf nog in je pyjama loopt. Die keer dat je op tijd wilt vertrekken en je peuter besluit haar schoenen én sokken te verduisteren. Of als je 5 minuten in de auto zit en er een peuter plotseling ontzettend nodig plassen moet.

Dat je kleintje voor één keer een ochtendje schoon moet blijven omdat ze op de foto moet of dat je naar een ‘belangrijke’ afspraak gaat. Die ochtend besluit ze zelf de chocoladepasta pot erbij te pakken. Of er gaat een beker om, over haar nieuwe jurkje.
Of als je nog even snel de hond uit moet laten voordat je je andere kleintjes uit school moet halen, dan besluit je kleine peutertje om elk bloempje te plukken. Of elk grassprietje te tellen. Of simpelweg ergens te gaan zitten en geen stap meer te verroeren.

Eén troost. Het heeft een naam. Het is allemaal de wet van Murphy, wie the heck dat ook mag zijn.

 

Afbeelding: Shutterstock

Van 13 naar 14 jarige dochter

Mijn dochter werd op 11 juni jl. een 14- jarige. Het lijkt niet veel maar op die leeftijd is dat een ware overgang. Je voelt je als 14-jarige nog stoerder, groter, belangrijker, beter, soms onzekerder, mooier, lelijker maar vaak ook verward. Het is niet niks, 14 jaar! Je groeit de pan uit, hormonen gieren door je lijf, die lastige school, inclusief moeder, zeikt dagelijks aan je kop! Maar ondertussen verwacht je dat alles voor je gedaan wordt. En inderdaad, dat gebeurt ook.

Omdat ik een “gescheiden moeder” ben, moet je soms het feestje later vieren. In dit geval was het zo een anderhalve week later. Dochterlief is hieraan gewend en dit gaat gelukkig in goed overleg. Zoals het een hippe mams betaamt, maak ik tegenwoordig een uitnodiging met foto en deze gaat digitaal de rondte in. Uit ervaring van vorig jaar heb ik geleerd dat zo’n feestje gevierd wordt in 2 verschillende kamers. De puberkamer en de woonkamer, dit tot groot ongenoegen van mijzelf.

Omdat ik wat klein behuisd ben en in de regel de pubers toch niet in zicht zijn, heb ik dit jaar besloten het feestje klein te houden. Aan dochter het verzoek hetzelfde te doen met het uitnodigen van de pubers. Vorig jaar vond ik namelijk overal pubers terug, zelfs in mijn koelkast en dat exemplaar had ik nooit eerder gezien. Toen ik vroeg wat hij zocht, en dat de Cola bleek, ging ik hem subtiel voor en vertelde hem dat ik die wel wist te vinden. Get lost kid!

Eerlijk is eerlijk, het was dit jaar bescheiden, zelfs het aantal pubers. Maar nog steeds liep ik tegen het feit aan dat ze richting “puberkamer” gingen en je de pubers zelfs nauwelijks terugziet in de woonkamer. Dus de hapjes en drankjes werden in tweeën gesplitst.

Af en toe bij binnenkomst van visite is het, vind ik, noodzakelijk dat ze toch haar gezicht laat zien. Helaas is dat voor korte duur. Daar waar ik van dacht dat ik het nooit zou accepteren, moest ik met lede ogen toezien. Waarom? Omdat er geen enkele puber zit te wachten op “volwassen” praat. Ze willen zitten, hangen, liggen, in hun eigen muziek met hun eigen vrienden en vriendinnen met hun eigen eten en drinken. Praten doen ze nauwelijks en als ze dat doen alleen wanneer ze willen, of tegen en in hun Phone, hun levensader. En vraag je ze of het gezellig was? JA! Super! Met verbazing kijk ik ze dan aan of ze het menen, maar ook dat zie je terug bij een 14-jarige.

Niet snel maar toch wel, tevreden.

Nog vele vele jaren van gezondheid lieve Ro!

Liefs,
Mama Diana

Moe van het opvoeden

Ik ben moe, want dat opvoeden valt niet mee.

Wij hebben de laatste jaren al heel wat meegemaakt met onze drie kleintjes. Toen we er nog maar één hadden, vonden we het al een ramp als zij een griepje had. Maar nu, met drie kleintjes en de medische geschiedenis die we het afgelopen jaar opgebouwd hebben, zijn we door de wol geverfd. We zijn een lopende medische encyclopedie en kennen alle huis-, tuin- en keukenmiddeltjes voor de heersende ziektes. Wij draaien ons hand niet met meer om voor een griepje of de waterpokken. Spuugt een van de kleintjes ’s nachts ons bed onder, dan kan er gewoon ’s nachts gedoucht worden, maken we het bed opnieuw op en wachten we rustig af tot het bed opnieuw onder gespuugd wordt. Dan maar een nachtje wat minder slaap, morgen is er weer een nacht. Nee, op medisch gebied behoren wij tot de top van de amateurs… We raken niet zo snel in de stress. We volgen de standaard routines en als het nodig is, hebben we een goede huisarts en onze contacten op de kinderafdeling in het ziekenhuis…

Maar de rest van dat opvoeden, hoe moet dat dan?

Waarom zijn kinderen het nooit eens met het eten dat geserveerd wordt? Waarom springen ze door het hele huis, als je zelf geen sprankje energie hebt? Waarom zijn ze niet vooruit te branden als je met ze weg wilt? Waarom doen ze altijd het tegenovergestelde van wat je vraagt? Waarom willen ze een konijn als jij een hond wilt? Waarom willen ze niet luisteren als jij praat? Waarom praten ze als jij niet wilt luisteren? Waarom drinken ze hun drinken niet gewoon op, maar gieten het standaard elke dag wel een keer in hun t-shirt? Waarom stoppen ze hun eten nooit gewoon in hun mond, maar verspreiden het op de vloer rond hun plek aan tafel? Waarom vragen kinderen de hele dag om snoep? Waarom slapen ze nooit eens een keer de hele nacht in hun eigen bed? Waarom willen ze altijd op rubber laarsjes lopen? Waarom willen ze nooit hun jas aan als het koud is, en juist wel een jas aan als het bloedheet is?

Het moet haast wel aan de ouders liggen. Want bij anderen gedragen onze kleine monstertjes zich altijd voorbeeldig… natuurlijk…

Ik heb geen uitzonderlijk bijzondere wereldburgers op de wereld gezet. Het zijn gewoon kinderen.

Laat ik voorop stellen dat ik mijn kleintjes, net als iedere moeder, de knapste, slimste en leukste kinderen van de hele wereld vind. Maar zijn ze bijzonder en uitzonderlijk? Neh.

Mijn kleintjes zijn gemiddeld. In alles. En ik vind dat prima.

Zoals ik al ongeveer zei, voor mij zijn ze heel bijzonder. Maar ze zijn niet uitzonderlijk in iets bijzonders.

Nee, ze zijn niet bijzonder getalenteerd. Ze zijn gemiddeld op school. Ze halen het niveau, maar moeten er wel wat voor doen. Ze kunnen lekker sporten, maar voor een koprol op een rekstok moet een aantal keer geoefend worden. Ze kunnen in mijn oren leuk zingen, maar ik kan mij voorstellen dat een buitenstaander liever heeft dat ze daarmee stoppen.

Ze halen niet uitzonderlijk snel hun zwemdiploma. Ze kunnen niet uitzonderlijk vroeg hun naam schrijven. Ze kunnen wel bijzonder veel herrie maken, maar ik weet dat meerdere kinderen dat kunnen. Zo uitzonderlijk is dat dus ook weer niet.

En hoe uitzonderlijk ik ze ook vind, ze doen gewoon mee met de middenmoot.

En ja, ik vind ze bijzonder grappig. Ik kan lachen om de simpelste grapjes die ze maken. Ik kan uren naar hun schoonheid kijken en me er vooral over verwonderen dat die wezentjes uit mij voortgekomen zijn. Hoe bijzonder!

En ik heb het gedacht hoor… Ik weet nog goed dat mijn eerste met twee maanden drie keer omrolde, van buik naar rug. Ik had een uitzonderlijk, bijzonder kind gebaard! Een motorisch genie. Uiteraard bleef het bij die ene keer en heeft ze vervolgens maanden op haar buik of rug gelegen, zonder enkele drang om om te rollen. Of toen mijn tweede met acht maanden achter een poppenwagentje aanliep. Hoe snel! Uiteindelijk bleek dat geen enkele versnelling te geven in het loslopen.

De eerste jaren van het ouderschap is een mijnenveld. Wie zegt er zijn eerste woordje? Wie loopt er als eerst? Wie is er als eerste zindelijk? Wie slaapt er als eerste door? Wie kunnen we alvast inschrijven voor de universiteit?

En ik zal niet liegen. Ik zou graag willen dat mijn kleintjes later gemakkelijk een HBO’tje halen. Maar ik ga ook steeds meer inzien dat ‘gelukkig zijn en plezier hebben in wat je doet’ veel, maar dan ook veel belangrijker is dan uitzonderlijk zijn.

Ik heb geen uitzonderlijk bijzondere wereldburgers op de wereld gezet. Het zijn gewoon kinderen. Maar deze kinderen maken mijn wereld wel uitzonderlijk bijzonder.