Sinterklaas stress

Ik voel een soort van stress, noem het voor gemak, Sinterklaas stress. Altijd rond deze periode heb ik het gevoel dat de tijd nog sneller gaat dan normaal. In eens sta je bij een Sint intocht, zingen we liedjes bij het schoen zetten en prikken we een datum voor pakjes avond. Tussendoor die schoen natuurlijk niet vergeten en flink de schijn op houden. Ik vind het leuk hoor want emoties alom als mijn schatjes samen liedjes zingen smachtend naar een cadeautje. Zelfs mijn puber doet flink haar best om haar kleine broertje te overtuigen.

Maar dan die cadeaus, die moeten nog gekocht worden maar wanneer! Normaal heb ik al moeite met dat soort dingen te plannen maar in deze tijd van het jaar krijg ik een soort paniek gevoel. Vooral omdat de dagen dat ik niet werk, veelal in het ziekenhuis verblijf met mijn kleine Prins, en andersom, wordt shoppen op mijn gemakkie, niet eenvoudig gemaakt.

Sint vieren wij altijd samen met mijn ouders. Mijn moeder doet altijd veel moeite en is weken van te voren al klaar met inkopen. Ik spreek meer van dit soort moeders die ruim van te voren al klaar zijn en dan ben ik echt jaloers. Hoe doen ze dat toch! en wat knap dat zij weken van te voren al cadeautjes apart leggen.

Hier in huis zijn twee opties:

1. ik geef het alvast omdat ik mezelf niet kan beheersen.

2. iemand hier in huis heeft ogen op stelen en vindt een cadeau.

Optie 1  zal een zwakte zijn.

Dan de keuze van cadeaus. Mijn prinsje kijkt veel tv en ziet daardoor veel reclame. Die reclames zijn magisch want hij vindt alles leuk, de prijs maakt hem ook niet uit. En omdat Prinsje ziek is en al een jaar lang verwend wordt met cadeaus denk ik dat we zelf binnenkort een vestiging van Bart Smit kunnen openen. En dan, wat te halen voor puberdochter. Want met minder dat een Fashion Check, een mascara of een bon van de parfumerie is het lastig aankomen nog. En een vulling voor de bekende zak is dat al helemaal niet. Dus met bloed, zweet en tranen de hysterie in de winkels bezoeken en het liefst in een ruk alles aanschaffen dat is ideaal.

Maar deze pakjesavond wordt best speciaal. We vieren het dit jaar thuis in plaats van in het ziekenhuis. En als alle cadeautjes eenmaal binnen zijn geniet ik dubbel en dwars van de blije gezichtjes. Dan laat ik het even los, heel even…

Op naar de Kerst stress.

Liefs,
Diana

Zoeken we versimpeling?

Er is weer een onderzoek geweest. Leuk, ik ben gek op percentages, cijfertjes en uitkomsten. Waar val ik onder? De grote massa of ben ik zo een konijn die de snelweg over rent?

Dit keer komt het onderzoek van Ouders van Nu, uitgevoerd door The Choice onder een groep van ruim 1100 respondenten, ouders met kinderen van 1 tot en met 16 jaar.

Het eerste opmerkelijke wat ik lees is Het leven met kinderen brengt structuur en dat biedt vrijwel elke ouder (96%) rust. Vooral dat laatste. Ik heb geen moment meer rust sinds ik kinderen heb.

Om de, wil een deel van de ouders (31%) het kind (meer) eigen verantwoordelijkheid geven. Ja dat snap ik, het is inderdaad heel makkelijk om te zeggen dat het hún verantwoording is. Wil je de hele dag tv kijken? Prima, het is jouw verantwoording. Wil je de hele snoeppot leegeten? Prima, jouw verantwoording. Maar ook consequenter zijn in ‘nee is nee’ (33%) moet de opvoeding versimpelen. Consequent zijn simpel? I wish!
Niet dat ouders zichzelf nu te makkelijk vinden, voor streng zijn geeft de Nederlandse ouder zichzelf met 6,6 een dikke voldoende, net iets hoger dan het cijfer voor de striktheid van de partner (6,5).

Versimpeling

Gezelligheid aan tafel belangrijker dan het bordje leeg eten. Zeker weten! Soms moet ik al blij zijn dat er überhaupt wat in gaat. Ik vind het wel fijn als ze van alles wat zouden proeven.

Bij 68% nemen sociale contacten drastisch af.  Drastisch vind ik een groot woord, maar de prioriteiten komen ergens anders. En dan komen we dus bij de 93% waar de kinderen met stipt op één staan op het prioriteitenlijstje. Hier staan ze zeker weten bovenaan.

90% probeert de richtlijnen van de schijf van vijf te volgen. Ik heb werkelijk geen idee wat er op de ‘schijf van vijf’ allemaal staat. Ze krijgen hier gewoon ontbijt, lunch en avondeten. Een tussendoortje en fruit. Melk moeten ze niet, maar daar heb ik me werkelijk nog nooit druk om gemaakt. De één drinkt hier water en thee de ander limonade. Zolang ze maar niet uitdrogen en van mijn wijnrek afblijven, vind ik het prima.

En dan hebben we nog die wisselende berichtgevingen over wat wel en niet goed is voor de gezondheid van je kleintjes. De ene keer is het het beste om de eerste 6 maanden exclusief borstvoeding te geven, de volgende keer is het beste om met 4 maanden een broccoli naar binnen te schuiven. Maar liefst 36% wordt daar onzeker van. Hoe je het ook went of keert, perfect doe je het nooit. En of je nou bij de grote massa hoort, of dat gekke konijntje bent, zolang je maar het beste voor je kleintje wilt en doet, dan doe je het goed genoeg!

Wat je niet wist… De jongste

Kijk, met zo een derde en in ons geval ook de jongste, kan ik mij heel goed identificeren. Zelf was en ben ik nog steeds ook een derde en jongste. Ik zag dat echt niet altijd als voordeel. Zo heb ik meerdere malen een zusje gewenst, dat leek me echt helemaal het einde. Nu, als ik naar mijn eigen kinderen kijk, zie ik aan de oudste dat dat echt niet altijd het einde is. Ze vinden hun jongste zusje lief hoor en houden heel veel van haar. Maar hoe vaak het afgelopen jaar de oudste heeft gezegd dat ze graag de minipeuter zou willen zijn, is niet meer op één hand te tellen.

Niet zo gek ook, want zo een derde en jongste wordt toch een beetje behandeld als een prinsesje. En ja, dat zou de oudste natuurlijk ook wel willen. Een derde krijgt al snel haar zin. Niet zozeer omdat ik geen zin meer heb in het opvoeden, maar toch kies ik vaak de makkelijke weg. Als ik de zesjarige bijvoorbeeld op tijd op school wil hebben, zit er niets anders op dan de minipeuter op te tillen en te dragen naar school. Ook al heb ik drie keer gezegd, ‘nee, je moet lopen’.

Hoe snel je de oudste groot wilt kijken, een jongste wil je klein houden. Het is je baby. Voor altijd. Dus hoezo leren lopen, leren praten, leren zelfstandig worden? Dat is niet nodig voor een baby, mama doet het wel.

Daar staat waarschijnlijk tegenover dat de jongste vaak ook de rebel is. Logisch natuurlijk als je nooit de kans krijgt om iets zelfstandig te doen, er is altijd wel iemand die het voor je doet. Is het je moeder niet, dan is het wel een broer of zus. En er komt een tijd, dan ontploft de bom. Want als alles altijd maar voorgekauwd wordt, word je helemaal hondsdol. Ongetwijfeld komt daar het rebelse karaktereigenschapje vandaan.

Ook neemt de jongste meer risico’s. Er is toch altijd wel iemand die haar opvangt. Dat blijkt wel uit het feit dat ze flierefluitend rondloopt, zonder ook maar even op of om te kijken of er nog wel iemand in de buurt is. Er wordt toch op háár gelet?

Een derde geeft ook wat praktische problemen. Neem het pretpark. Er moet altijd iemand alleen de achtbaan in. Neem mijn handen, ik heb er maar twee. Neem mijn zijkanten, heb ik er ook maar twee van. Lastig, als ze alle drie naast je willen zitten. Overigens heeft de jongste daar dan weer het minste last van, die krijgt namelijk altijd haar zin.

Een jongste hoeft als baby niet eindeloos naar een draaiende Woezel en Pip boven haar hoofd te kijken, maar gaat gelijk door voor de DUPLO. Naar de schattige muziekdeuntjes hoeft ze ook niet te luisteren, voor haar eerste jaar kan ze K3 al achterstevoren meezingen. En als tweejarige kun je al uitgebreid met LEGO friends en een racebaan spelen. En daar staat dan weer tegenover dat een jongste het over het algemeen moet doen met de afdankertjes van broer en zus.

En zo al met al is een jongste het feestnummer in huis. Vrijwel alles wat ze doet is grappig en we lachen er om, wellicht komt daar het sterk ontwikkeld gevoel voor humor vandaan. En met haar charmante puppy-ogen krijgt ze alles voor elkaar. Maar onthoud wel, zo een jongste is ook echt weleens gevoelig en niet altijd een clown!

jongste kind

‘Uit de oude doos’ Daar krijg je vierkante ogen van…

Ik probeer mijn kinderen nu al een aantal jaar aan te leren dat ze niet te dicht op te tv moeten zitten. Zonder veel succes overigens. Want als ik ze er niet op heterdaad op betrap, dan kan ik aan alle vette vingers op mijn mooie platte tv wel zien dat ze er véél te dicht op hebben gezeten. Mijn dringende advies “Jongens, niet te dicht bij de tv zitten, dat is niet goed voor je ogen!” wordt compleet genegeerd!

Het voordeel van dichtbij de televisie zitten is dat je het dan allemaal veel beter hoort. Ik denk dat dat de reden is dat mijn kinderen beter naar de televisie luisteren dan naar mij.

Gelukkig zijn er tegenwoordig allemaal van die leuke educatief verantwoorde series op televisie. Zo spreekt mijn kleuter van vijf bijvoorbeeld al ‘vloeiend’ engels dankzij Dora en haar neefje Diego. En laatst hoorde ik mijn kleuter tot mijn grote verbazing tegen haar broertje zeggen “Niet zo dicht bij de televisie zitten, daar krijg je vierkante ogen van!”. In eerste instantie dacht ik nog dat ze eindelijk mijn advies ter harte had genomen, maar even later besefte ik me dat ik te term ‘vierkante ogen’ nog nooit gebruikt had. Nee, dit heeft ze natuurlijk van Abi geleerd…

https://www.youtube.com/watch?v=80UfdzgRD9U

Abi is een serie over een meisje dat in de Bijlmer woont. Elke aflevering gebeurt er wel iets dat haar bijzondere interesse heeft. Zelfs een deur verder komt ze al in heel andere culturen terecht en leert ze bijzondere mensen kennen. In één aflevering zegt haar vader dat ze niet te dicht bij de tv moet zitten, ‘daar krijgt ze vierkante ogen van’. Prompt komt ze bij een vriendje thuis waar iedereen graag tv kijkt en waar ze allemaal ‘vierkante ogen’ hebben…

Ja jongens, ga voortaan maar lekker dicht bij die televisie zitten, daar steek je tenminste wat van op!

En toen kwam er toch een vierde…

Na jaren lang ‘zaadjes planten’ door de man, ben ik om. Maar wat bezielt me? ’s Nachts eruit, weer van alles aan moeten schaffen, nog eentje om op te voeden, nog één extra om oppas voor te zoeken, al die aandacht die zo een kleintje vraagt en nóg meer chaos in huis…

Maar dat zaadjes planten, zeuren of drammen, hoe je het noemen wil, heeft gewerkt. Het lukte de man om mij mee te krijgen naar een nestje. En het waren niet eens zozeer de puppies, hoe lief ook, die de doorslag gaven. Maar het was de chemie die ik zag tussen mijn peuter en een puppie, om kippenvel van te krijgen. Neus aan neus stonden de twee elkaar dolgelukkig aan te kijken. Hier kon ik niet omheen. Pure liefde wat ik zag. En wilde ik dit mijn peuter onthouden? Nee natuurlijk niet!

Dus mensen… Dit is Lily. Ons vierde kleintje.

lily

I love Rock ’n Roll

Een ieder die mij kent weet dat ik een voorliefde heb voor Rock. Of moet ik zeggen Rock ‘n’ Roll. Iedereen die mij niet kent… nu ook.

Mijn eerste lp’s waren van KISS (je weet wel, die mannen met te veel make-up, die een statement wilden maken, misschien wel de Marlyn Manson van toen) en van de Golden Earring. Ik was toen 8 jaar oud (ik heb het even opgezocht). Zo een schattig verlegen meisje met lange blonde haren en te grote scheve voortanden, wat net niet bij m’n gezicht paste.

Terwijl zij zongen van een “long blond animal” en “I was made for loving you” had ik geen idee waar dat over ging. Mijn kinderhartje ging sneller kloppen van gillende gitaren en geram op een drumstel en het rauwe randje in de stem van mannen in te strakke broeken met foute make-up, getoupeerde haren en oorbellen. Soms maakte ik een uitstapje naar de reguliere hippe muziek.

Tijdens mijn pubertijd heb ik mijn muzieksmaak iets aangepast, nog harder. Guns ‘n’ Roses, Metallica, Faith no More, Nirvana, Aerosmith, INXS, en een toefje Pearl Jam om de pijn te verzachten. De pijn bij mijn ouders wel te verstaan. Ik kreeg hiervoor een regel thuis, één uurtje per dag knallen zo hard ik wilde en dan volumeknop terug naar “ouders vriendelijk” niveau. Goeie regel weet ik nu.

Zoon lief vraagt zo nu en dan om een “breakdance” nummer en dan krijgen we een showtje. Dat duurt maar even en is redelijk verdraagbaar. Maar dochter lief duikt haar kamer in en heeft inmiddels ook uitgevonden dat vooral harde muziek het lekkerste luisteren is. Zij luistert naar de hits van nu, met af en toe een uitstapje naar… al sla je me dood welke muziekstijl dat is. Ik hoor iets brabbelen in onverstaanbaar Nederlands en dat is zo monotoon dat het lijkt alsof die gast niet weet hoe hij er een fatsoenlijk deuntje uit moet persen.

Zou mijn moeder zich ook zo hebben gevoeld? Nee toch?! Mijn muziek was minstens verstaanbaar en soms hoorde ik m’n mams stiekem “sweet child of mine” mee blèren. Nu versta ik niet eens wat er gebrabbeld wordt, laat staan dat ik mee kan eeeh… Ik weet dus nog steeds het soort muziek niet. Wel knap hoor, want mijn dochter brabbelt ook mee, maar zelfs haar versta ik niet. Wanneer het me te lang duurt, vraag ik dochterlief of er alsjeblieft normale muziek op mag. En mijn puber zou mijn puber niet zijn als ik een reactie krijg dat het normale muziek is. Een Déjà vu! Tuurlijk ik kon het weten.

Maar soms hebben we een “meiden avond”. Er logeert zo nu en dan een vriendin. Dan draaien we “normale” verstaanbare muziek, meestal de hits van nu. Lekker hard, een klein uurtje om lekker mee te kunnen blèren.

Liefs
Diana

Kleintjes en kattenkwaad

‘Silence is golden unless you have a toddler’. Een welbekende quote waar iedere ouder minimaal één keer mee te maken krijgt. Sommige meerdere keren en als je echt een beetje pech hebt, zelfs elke dag.

Maar, zijn jouw kleintjes vandaag helemaal schoon gebleven en hebben ze niks gesloopt? Dan heb ik hier de leukste ‘feel good foto’s’ voor je…

Deze kleintjes dachten een schaap te redden uit de kussenhoes.

 

Koop nooit, maar dan ook nooit een kussen met een inhoud van piepschuimballetjes! NOOIT! 

 

Deze twee knaapjes dachten zelf wel even koekjes te bakken…

 

Mooi groen is niet lelijk. Een kale muur wel. Toch mama?

Dit kleintje kon de juiste kleur niet vinden voor bij haar outfit.

 

Is dit kindje in protest tegen of voor Zwarte Piet?

Thank GOD, het is ‘maar’ pindakaas.

Dit kleintje had wat moeite met het vinden van zijn tanden.

Kan het nog erger? Volgens mij is het nog verf ook! 

Ook dit kleintje had wat moeite met het vinden van haar mond. 

Leek jouw kleintje vandaag op één van deze bovenstaande boefjes? Dan willen we natuurlijk graag de foto zien!

Grote mensen ingewikkeldheid

Ik zat vanmorgen aan de ontbijttafel met mijn kleintjes. Zoals altijd lurk ik, voor me uit starend, aan mijn bakkie koffie en hoop ik maar dat mijn kleintjes rustig hun ontbijtje eten, zonder geschreeuw en zonder geknoei. En het allerlaatste waar ik op zit te wachten, zijn ingewikkelde vragen. Eigenlijk komt het erop neer dat ze niet al te ingewikkeld moeten doen, zo vroeg op de ochtend. Gewoon even lekker simpel.

Maar vanmorgen realiseerde ik mij dat kleintjes helemaal niet zo ingewikkeld zijn. Het zijn de ‘volwassenen’ die altijd zo ingewikkeld doen. Deze realisatie kwam na een opmerking van mijn zesjarige.

Sinds gisteren is de Sinterklaas-gekte hier in huis begonnen. Met verkleedkleren, Sinterklaasliedjes, boekjes en ook het Sinterklaasjournaal. Eigenlijk had ik er dit jaar niet zo heel veel zin in door al die stomme discussies. Gelukkig hebben mijn kleintjes daar helemaal niks van meegekregen en ik hoop ook dat dat zo blijft. Want bewapende Pieten tijdens de intocht baren mij toch wat zorgen. Nee, waarom kan het niet gewoon simpel?

Maar goed, we zaten dus vanmorgen aan de ontbijttafel en mijn kleintjes zitten ‘gezellig’ (naar mijn idee net even te hard) Sinterklaasliedjes te zingen. En opeens vraagt mijn zesjarige waar de Pieten naartoe zijn gegaan? Want deze vertrokken in het Sinterklaasjournaal.

“Ja, de Pieten gingen van de boot af”, antwoord ik haar. (Klopt dat? Ik zou het eigenlijk niet weten, want zo goed let ik niet op.)
“O Nee! De Pieten kunnen helemaal niet zwemmen, dan worden het Witte Pieten!! Nou ja, ook leuk” was haar reactie.

En Voila! Daar hebben we de oplossing van ons Zwarte Pieten ‘probleem’. Laat ze lekker zwemmen, dan worden ze wit.

Dus grote mensen. Kunnen we nu ophouden met al die ingewikkeldheid en wat meer luisteren naar de eenvoud van kinderen en waar het werkelijk om gaat. Lekker simpel.

Sinterklaas

De tandenfee

Onze tandenfee is heel hard op haar achterhoofd gevallen. Dat denk ik tenminste. Kreeg ik vroeger van haar een kwartje voor een tand, mijn kleintje kreeg laatst een cadeau waar Sinterklaas zich niet eens aan waagt. Er lag nota bene een heel groot spel onder haar kussen. Je zou toch zeggen dat die tandenfee gek geworden is? De kleine vindt dit natuurlijk helemaal geweldig en hoewel ze al fan van de tandenfee was, is ze nu écht fan.

Nu moet ik zeggen dat de inzet van mijn kleine meid ook prijzenswaardig is. Zij geniet met volle teugen van haar losse tanden. Voelt zij een klein beetje speling in een tand, dan begint ze er met twee handen aan te trekken. Begint ze gewoonlijk keihard te krijsen bij een druppeltje bloed uit een schrammetje, als haar loszittende tand een paar druppeltjes bloed geeft, is het juist een aanmoediging om vooral nog even door te wrikken. Als de tand uiteindelijk geen krakende geluiden meer geeft, maar leuk rondjes draait in haar mond. Speelt ze er nog een uurtje mee, en als dat begint te vervelen, trekt ze tand koelbloedig uit haar mond en komt ons triomfantelijk melden dat we wel even “Hoera!” mogen roepen.

Ikzelf kan dit nauwelijks aanzien, de krakende geluiden en de tanden scheef in haar mond, het continue aan de tanden zitten. Het geeft mij koude rillingen. Ik kijk nog liever een horrorfilm waarin mensen met kettingzagen achterna gezeten worden.

Maar de kleine is nu de allergrootste fan van de tandenfee en haar inzet is ruim beloond. Een volgende keer wordt het ritueel er dus vast niet beter op, daarom tref ik mijn eigen voorbereidingen voor een volgende losse tand. Ik ga niet meer hulpeloos toekijken, hoe mijn kleine meid haar gebit verbouwd. Zit er weer een tand los, dan staat mijn vluchtkoffer klaar en ga ik een weekje op mijn werk logeren. Ik meld me dan pas weer thuis als ik een ontvangstbevestiging van de tandenfee gehad heb…

Ik geloof

Gisteren plaatste ik het volgende blog al op de site van onze KleineKanjer. Vandaag plaats ik het ook maar al te graag hier, want mijn gevoel is onbeschrijfelijk!

Tijdens de behandeling van onze minipeuter leefden we met de dag. Elke dag begon er een nieuwe dag. Met een beetje geluk kwamen we de dag door en konden we ’s avonds gaan slapen in ons eigen bed, maar het had ook zomaar gekund dat die dag in een ziekenhuisbed eindigde. Leven met de dag en het beste ervan maken. Dat was het beste wat we konden doen.

Toen was daar het einde van die behandeling. En begonnen we weer aan iets nieuws. Namelijk het jaar ná de behandeling. Een jaar waar we niet verder keken dan dat jaar. Een jaar waar we onze draai weer moesten vinden in het ‘gewone leven’ met op de achtergrond die angst, want ‘wat als’…

Dat jaar is voorbij. En na vandaag geloof ik er in.

Vanaf nu kijken we vooruit en genieten van de dag. We genieten van de dag waarin onze kleintjes plezier en ruzie maken. En kijken naar een toekomst waarin ze met elkaar zullen opgroeien. Als broer en zussen met ruzie en plezier. We zien ons meisje die woorden omzet in zinnen en uiteindelijk hele verhalen vertellen zal. Die gaat fietsen, rennen en spelen met lange vlechten in het haar. Die vriendinnen mee naar huis neemt, leert lezen en haar A-diploma halen zal en misschien ook haar B. Die languit op de grond gaat liggen in de supermarkt en straks stiekem het raam uit sniekt om te gaan stappen met haar vriendinnetjes. Die in haar K3-jurkje de meest langdradige shows weggeeft. We zien haar ’s nachts in ons bed kruipen omdat ze troost zoekt na een nare droom. En we horen hoe ze ’s morgens haar mooie dromen in geuren en kleuren vertelt. En wij vertellen haar, dat alles, maar dan ook alles mogelijk is. We zien haar naar de middelbare school gaan en misschien zien we haar wel studeren. Maar het aller belangrijkste, we zien haar haar dromen volgen en leven.

En niemand weet wat de toekomst zal brengen, maar wij geloven erin.

WhatifIfall