Je moet niet boos worden

Ken je de film “Gremlins” uit de jaren 80 nog? Een man geeft zijn zoon een Mogwai, een lief klein beestje, cadeau. Mogwais mogen alleen geen water, geen eten na middernacht en geen fel licht. Als zijn zoon zich niet aan deze regels houdt, verandert het beestje in een verschrikkelijke Gremlin en breekt de hel los.

Jouw kinderen, je eigen vlees en bloed, je trots. Die lieve schattige kleine kinderen kunnen soms van het ene op het andere moment veranderen in verschrikkelijke Gremlins die precies weten op welk knopje ze moeten drukken om jou als een bom op scherp te zetten. Meestal is dat je eigen schuld, want je hebt je waarschijnlijk niet aan de belangrijkste regels gehouden. Dit zijn bijna dezelfde regels als voor Mogwais: Je moet ze geen cola geven, ze moeten op tijd naar bed (zeker vóór middernacht), en je moet ze niet aan al te veel heftige impulsen bloodstellen.

Maar goed, je hebt weer eens niet goed opgelet en je Gremlins hebben je weer eens tot het uiterste gedreven. Als je geluk hebt, laten ze je nu meteen ‘ontploffen’. Maar soms willen ze met je spelen, en laten je een eeuwigheid op het randje van waanzin balanceren. In teamverband drukken ze ombeurten steeds weer even op je knopjes, maar net niet zo hard dat je zal ontploffen. Toch is er geen ontkomen aan. Uiteindelijk plof je toch een keer, want als deze bom op scherp gezet is, valt hij met geen mogelijkheid meer te ontmantelen.

Maar… er is een eenvoudig trucje. Het ligt zo voor de hand dat je je af zal vragen waarom je er niet eerder aan gedacht hebt. Of misschien kende je het trucje al, maar was je het door de tijd heen weer vergeten. Je zal het misschien moeten oefenen, maar dan kun je het echt onder de knie krijgen. Halen je kinderen weer eens het bloed onder je nagels vandaan en kun je dit niet op een opvoedkundig goedgekeurde manier oplossen?

Denk hieraan: Word vooral niet boos, laat je niet op scherp zetten. Wat er ook gebeurt, blijf kalm!

Lezen, lezEN, LEZEN met je kleintje

Kinderen die naar school gaan, worden doorgaans schoolkinderen genoemd. Logisch. Schoolgaande kinderen krijgen doorgaans ook huiswerk mee. Ook logisch. Althans, het klinkt logisch voor mij. Mijn 7-jarige denkt daar tot op heden anders over.

Vanaf groep drie krijg ik als ouder van de juf te horen “lezen, lezEN, LEZEN met je kleintje! Het is zó belangrijk om te lezen. Voorlezen, samen lezen, boeken halen bij de bieb, leesbingo’s in de vakanties, lezen voor het slapen, lezen aan de ontbijttafel, lezen op het toilet, lezen, lezen, lezen”. Oke, ik snap het. En dus lezen wij als ouders braaf met onze kleintjes. Toch?

In de praktijk blijkt dat ietsje anders te gaan dan dat je in theorie zou denken.

Stel de opdracht is: Lees 10 minuten per dag.

Geen ingewikkelde opdracht lijkt me, aangezien er 144 x 10 minuten in een dag zitten, waar er gemiddeld 72 van gespendeerd worden aan slaap en er plus minus 36 kwijt zijn aan school. Voor schooltijd is er geen tijd voor dit soort opdrachten en zo blijven er ongeveer 24 potentiële 10 minuten over voor de eventuele ’10 minuten lezen’.

Volgt u het nog?

In theorie zou je dus als 7-jarige een boek kunnen pakken, om vervolgens 10 minuten te gaan lezen in het boek, met als resultaat dat je ouders en de juf blij zijn en je opdracht voltooid is.

Het is een theorie.

Nu de praktijk.

Je kleintje komt uit school, drinkt een kopje thee met een koekje en je bent vastbesloten om éérst het ‘huiswerk’ te volbrengen. 

0-20 minuten: Het kiezen van een boek. Ik snap het, het is niet gemakkelijk om een keuze te maken. Stel dat het boek tegenvalt of stel dat het niet lekker leest… Je wilt natuurlijk wel de juiste keuze maken.

20-30 minuten: Een discussie over dat het ‘zoek en doe boek’ het ‘masker-knutselboek’ of de Donald Duck niet de boeken zijn waar 10 minuten in gelezen moet worden.

30-40 minuten: Een discussie over nu gaan lezen en niet nu Netflix gaan kijken.

40-50 minuten: Je kleintje moet (plotseling) poepen.

50-80 minuten: Terwijl je bezig was met de andere kleintjes, is het kleintje ongemerkt naar boven geslopen en speelt op haar Nintendo DS.

80-100 minuten: Het kleintje heeft honger en dorst.

100-120 minuten: Het kleintje staart om zich heen.

120-130 minuten: Het kleintje geeft op en begint in het boek. Na de eerste regel begint het ook te klagen: het boek is te saai, te moeilijk of te lang.

130-140 minuten: Het kleintje heeft weer honger en dorst.

140-190 minuten: Tijd om te koken en te eten.

190-220 minuten: Tijd om te douchen, tanden te poetsen en pyjama’s aan te doen.

220-230 minuten: Opnieuw een discussie over de keuze van het boek.

230-240 minuten: Het kleintje vertoont vermoeid en onhandelbaar gedrag. Tijd om te gaan slapen. Morgen weer een dag.

240-245 minuten: Tijd van stilte.

245-255 minuten: Het kleintje vindt dit dé tijd om de 10 minuten te lezen. Je bent het er niet mee eens, maar laat het toch maar weer toe…

wet van murphy ouderschap

De wet van Murphy van het ouderschap

De wet van Murphy: “if there’s any way they can do it wrong, they will”. Vrij in het Nederlands vertaald: “als iets mis kan gaan, dan gaat het ook een keer mis”, aldus Wikipedia.

In het ouderschap gaan er heel veel dingen goed. Dat zijn de dagen dat alles op rolletjes loopt en ook lekker blijft rollen. Maar men moet de snaren niet te strak spannen, want voor je het weet komt Murphy om de hoek koekeloeren. Dat zijn de dagen waarin er iets dat mis kán gaan, ook mis gaat.

Murphy’s wet van de tijd

Kinderen kunnen ontzettend snel zijn. Bijvoorbeeld wanneer ze willen ontsnappen uit de tandartsstoel of uit hun bed. Ze kunnen ook te snel groeien, bijvoorbeeld wanneer je dat schattige jurkje achterin de kast vindt en erachter komt dat het al drie maten geleden aangetrokken had moeten worden.

Maar… wanneer het hen uitkomt (en jou uiteraard niet) kunnen ze ook ontzeeeeeeeeeeettend langzaam zijn. Bijvoorbeeld wanneer je nog tien minuten lopen van huis bent en je ontzettend nodig naar de wc moet, of wanneer je even snel de auto in wilt stappen omdat je op tijd op je afspraak wilt zijn en je kleintje besluit om uitgebreid te gaan poepen, kotsen of iets anders ranzigs.

De wet van nooit weten waar je aan toe bent 

Geloof me. In het ouderschap weet je nooit, maar dan ook nooit waar je aan toe bent. Heb je net groot sperziebonen ingekocht, dan is plotseling boerenkool hun lievelingseten. Zet je de roze beker voor ze neer, dan willen ze alleen nog maar blauw. Snijd je de boterham in zes stukjes, dan moest ‘ie dubbel. Doe je de boterham dubbel, dan had ‘ie in stukjes gemoeten.

Murphy’s wet van ‘vlak nadat’

Vlak nadat je de bedden hebt verschoont, pist er één in zijn bed. Vlak nadat je de auto hebt gezogen, leegt er één zijn broekzakken of schoenen vol met zand in je auto. Vlak nadat je de muren geschilderd hebt, veegt er één zijn spaghettihanden af aan de muur. Vlak nadat je kleintjes in bad zijn geweest, vind er één nog ergens een stuk chocolade. En vlak nadat je je nieuwe vloerkleed neerlegt, je kleintje besluit om met glitters te gaan knutselen.

Murphy’s slaapwet 

Murphy en slapen… BRRR! Het moment dat je (nadat je drie kwartier op de koude vloer naast het bedje gelegen hebt) de kamer uit probeert te sluipen, plakken je voeten aan het laminaat wat nét even teveel geluid maakt, waardoor je kleintje weer op slag klaarwakker is. Of wanneer je je kleintjes de hele week wakker hebt moeten maken voor school, staan ze in het weekend om 6.00 naast je bed te tetteren. En wanneer je het nieuws van een doorslapende baby wereldkundig maakt, vergeet het maar! De komende maand(en) ben je elke nacht weer in de weer.

Oh ja! Wanneer je besloten heb om het middagdutje eruit te halen omdat je kleintje nooit gaat slapen, dondert ze ineens elke middag in slaap op de bank. Of als je een hele autorit bezig bent geweest om je kleintjes wakker te houden, dan raken ze bij de laatste bocht in een diepe coma, waar ze dan de komende uren niet meer uitkomen om vervolgens de hele avond klaarwakker te zijn.

Echt, Murphy en slapen… BRRR!

De wet van Murphy en opvoeden… 

Opvoeden is het goede voorbeeld geven… Je hebt zojuist je kleintje uitgelegd dat FUCK geen net woord is om zomaar te roepen. Op dat moment gebeurt er iets waardoor er heel hard FUCK uit jouw mond komt rollen. Ook zullen je kleintjes de hele godganse dag door met elkaar kibbelen, ruzie maken of zelfs de hersenen in slaan. Tòt die 10 minuten voor ze naar bed gaan, dan zijn ze elkaars beste vrienden die samen plannetjes bedenken om maar niet het bed in te hoeven. En dan nog dat moment waarop je je voorbeeldige, schattige, zoete kleintjes even meeneemt naar die ‘belangrijke’ afspraak en je kleintjes besluiten om onhandelbare brutale monstertjes te worden en om de haverklap vragen wanneer je nou eens klaar bent omdat ze naar huis willen.

Uiteindelijk blijkt, Murphy is gewoon een eikel.

Afbeelding baby: Shutterstock

Beste moeder die vandaag ontslag wilde nemen

Ik zie je schouders hangen alsof ze naar beneden getrokken worden met twintig kilo lood. Het zijn niet alleen je schouders die hangen, ook aan je wallen hangen wat kilootjes. Je vraagt jezelf af wat voor nut het heeft om nog een fatsoenlijke maaltijd op tafel te zetten. Of om al het speelgoed in de bakken te gooien, de was was op te vouwen, of überhaupt het huishouden doen, omdat het allemaal compleet nutteloos lijkt te zijn.

Ontslag nemen

Je zou ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Ik zie je in de auto zitten en je probeert je af te zonderen van het eeuwige getetter en gekibbel achter je. Het liefst zou je willen schreeuwen “KOPPEN DICHT!!”, maar het enige wat je kunt doen, is je hoofd tegen de toeter rammen en de tranen over je wangen laten biggelen.

Je zou ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Ik zie je zitten op het toilet waar je op adem probeert te komen van een hysterisch schreeuwfestijn waar je zojuist in was beland. Je kind van inmiddels 7 jaar gedroeg zich als een kleuter en haalde het bloed onder je nagels vandaan, zo erg dat je jezelf niet meer beheersen kon en net zo hard mee schreeuwde alsof je zelf de kleuter was.

Jij, je leven, je gezin, je kleintjes. Wat zou je soms toch graag ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Je kunt het!

Er zijn dagen in het moederschap die zullen aanvoelen alsof je moet overleven op een onbewoond eiland. Er zijn weken die zullen aanvoelen alsof je moet overleven op de maan.

Maar je kunt het, ik weet het zeker je kunt het!

Dus raap jezelf bij elkaar en gooi die schouders eronder. Weegt het twintig kilo lood? Jij kunt het dragen! Winnaars geven nooit op en mensen die opgeven winnen nooit.

Het moederschap ziet er soms zo anders uit dan je voor ogen had. Het zijn geen plaatjes die je van Pinterest kunt plukken en op je eigen bord kunt pinnen. Soms wel, maar meestal niet. Meestal is het hard werken. En leren, vooral over jezelf.

Een wijs iemand zei ooit ‘de grootste fout die je kunt maken is om er geen te maken’. Al gaande weg leer je en soms zou je toch echt ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Wie dan?

Want, beste moeder die vandaag haar ontslag wilde indienen, heb je enig idee wat voor rol je bijdraagt? Ja, al je werk voelt soms compleet nutteloos, maar stel je eens voor dat je er niet zou zijn en al dat werk niet gedaan zou worden? En ja, je kunt je kleintjes regelmatig achter het behang plakken (en de kleintjes jou), maar wie troost ze dan als ze vallen? Wie stelt ze gerust als ze ’s nachts een nachtmerrie hebben. En wie leert ze dan om te gaan met al die heftige wervelstormpjes van emoties in hun hoofdjes?

Wie helpt ze dan met hun huiswerk? Wie wast er dan hun kleertjes? Wie ruimt er dan hun kots op? Wie veegt er dan hun kont af?

Echt, ik weet het zeker, je kunt het! Haal die gewichtjes van je schouders en je wallen. Stop met het kijken naar de ‘het leven is zo geweldig met mijn kinderen Instagramposts’. Stop met jezelf en je kleintjes te vergelijken met de perfecte moeders en hun perfecte kinderen.  

Want ook al zou je heel graag ontslag willen nemen, jij bent de perfecte moeder voor jouw kleintjes. En er is niemand anders die jouw rol over zou kunnen nemen.

Morgen is er weer een nieuwe dag. En je kunt het, ik weet het zeker je kunt het!


Afbeelding vermoeide moeder: Shutterstock

Wat mijn kleintjes niet zeggen

Opvoeden. Opvoeden is herhalen. Herhalen. En herhalen. Oh ja, en het goede voorbeeld geven. En dat dan weer herhalen.

Ik doe mijn best. Echt waar.

Toch hoor ik mijn kleintjes het volgende nooit zeggen.

niet zeggen

– Goedemorgen mama. Oh, ik zie dat je nog slaapt, ik zal nog even lekker in mijn eigen bed gaan liggen en jou nog even lekker verder laten slapen.

– Oh mama, wat een leuke kleding heb je vandaag voor mij klaargelegd. Ik zal het even helemaal zelf aantrekken. Ook mijn sokken.

– Ja natuurlijk vind ik het goed mama, dat vandaag mijn broertje naast jou zit tijdens het ontbijt. Ik zal daar geen drama van maken.

– Ja mama, ik weet wel waar mijn gymtas is, ik zal hem meteen even pakken.

– O, mama is nu even aan het bellen. Ik wacht wel even met het stellen van mijn vraag. Of eigenlijk, laat maar, want ik heb eigenlijk helemaal geen vraag.

– En nu ga ik even de hele middag lekker met mijn speelgoed spelen. Want ik heb zo lekker veel en daar verveel ik me nooit mee!

– Ik ben nu klaar met spelen. Voordat ik wat anders ga doen, ruim ik eerst dit speelgoed even op.

– O, we gaan een uur in de auto, laat ik eerst even plassen.

– Laten we samen besluiten wat we vanmiddag op Netflix gaan kijken. O wacht, wat mijn broertje kijken wil is leuk, dat wil ik ook wel zien.

– Nee, ik hoef geen snoepje of koekje, want dan lust ik straks geen avondeten.

– Wat heb je vandaag gekookt? Yeah, lekkerrrrrrr!!

– Vroeg je nou of ik dat even wilde opruimen? Maar natuurlijk doe ik dat mama. Meteen! Joepie!

– O lief broertje, moet je ook plassen? Ik zal even opschieten, want ik ben bijna klaar, dan mag jij.

– Ik ben inderdaad heel moe, ik ga nu lekker in bed liggen en slapen. De hele nacht. Zonder wakker te worden. In mijn eigen bed.

 

Afbeelding: Shutterstock

Ik ben drie en ik heb de regie! Ik ben zeven en ik pik dat nie!

Broers en zussen. Broers en broers. Zussen en zussen. Het kan zo leuk zijn. Maar ook zo vermoeiend. Zeker voor een zevenjarige ‘oudste’ met een driejarige ‘jongste’.

Als oudste heb je namelijk een aantal eigenschappen waar je in principe weinig tegen kunt doen, je krijgt ze gewoon als cadeau erbij. Zo zijn oudste kinderen vaak de leidertypes en hebben zij standaard de regie in handen. Regie als het op spelen aankomt, wie de afstandsbediening in handen heeft of wie waar zitten mag.

Maar dan is daar opeens je zusje van drie die stevig met haar armpjes in haar zij vertelt dat ze écht niet gaat doen wat jij zegt. Dan sta je toch wel even gek te kijken als zevenjarig opperhoofd. In eerste instantie is het nog schattig en denk je als grote zus nog, laat maar gaan, ze trekt wel weer bij…

Maar kindjes van drie, willen ook de regie. En niet voor even, maar de rest van hun leven.

Zo, ben ik even lekker op mijn rijmelarij toer. 

Kindjes van drie willen hun eigen weg bepalen. Wil jij even snel een boodschapje doen, vergeet het maar. Vind jij dat het tijd is om op te ruimen, begin dat maar ver van tevoren voorzichtig aan te kondigen, want ‘meteen’ en ‘even snel’ komt niet in hun toneelstuk voor. De regie in handen willen hebben gaat zelfs zo ver dat de driejarige bij het rode stoplicht heel hard GROEN gaat roepen.

Een toneelknecht van de grote zus is het laatste wat een driejarige wil zijn. En dan is zo een driejarig zusje helemaal niet zo schattig meer. Als je namelijk tijdens een verjaardag een voorstelling wilt geven, zoals zevenjarige dat doorgaans doen, en je driejarige zusje de regie overneemt, dan is dat natuurlijk bloedirritant.

En met twee regisseurs in de stoel wordt zo een voorstelling al snel een open podium voor een dramatische improvisatie.

Ik ben drie en ik heb de regie?! Ik ben zeven en ik pik dat nie!!

Afbeelding broer en zus: Shutterstock

Co-sleeping

Co-sleeping, samen slapen, whatever… wat kan jou het schelen!

Mensen hebben een mening over co-sleeping, samen slapen, of whatever hoe je het noemen wil. Hier mijn ervaringen over dit onderwerp.

Om de één of andere reden moeten mensen altijd wat te zeggen hebben over een ander. Commentaar leveren op de opvoeding van een ander, bijvoorbeeld. Ik zal niet liegen, ik doe daar meestal onbewust en soms bewust aan mee. Maar als je dan zelf het een keer op je bordje krijgt, realiseer je je hoe irritant het eigenlijk is.

Gij zult niet samen slapen

Als ik bijvoorbeeld vertel dat tot voor kort (lees tot voor heel kort en soms nog steeds) al onze kleintjes ’s nachts bij ons in bed kruipen, kropen! Die fronsende, verbazingwekkende, afkeurende blikken… Alsof ik één van de 10 geboden verbroken heb. ‘Gij zult niet samen slapen met uw kleintjes’. Ik ben vrij christelijk opgevoed en ik ben er ook vrij zeker van dat dit gebod niet op één van de twee stenen tafelen beschreven stond. 

Fijn, ik bega, beging geen zonde.

Minachtende en verbaasde blikken

En wat de oordelende, minachtende en verbaasde blikken betreft, what the heck? Denk je dat ik er buitenaardse rottende monstertjes mee kweek? Heb jij er last van als mijn kleintjes bij mij in bed slapen, sliepen? Wij kregen er overigens wel last van, aangezien die rottende monstertjes alle drie gemiddeld een meter lang zijn. En omdat onze nachtrust er elke nacht kwalitatief flink op achteruit ging, was het hoog tijd om daar verandering in te brengen.

Co-sleeping (go sleeping!)

En nu als, áls de kleintjes een hele nacht doorslapen in hun eigen bedje is het inderdaad alsof ik de hele nacht in een coma heb gelegen. De tijd lijkt ook veel sneller te gaan. Je gaat slapen en je wordt weer wakker. In plaats van je gaat slapen, je wordt wakker van kind 1 dat bij je wil liggen. Je valt in lichte slaap en je vangt een hand op met je neus. Je valt in slaap en wordt half wakker van kind 2 die boven op je voeten kruipt. Je valt in slaap en kind 3 duwt je als ware opzij omdat je in de weg ligt. Je valt in slaap maar durft niet meer te bewegen. Je wordt half wakker van warme voetjes in je rug. Je negeert het wakker worden én het kietelen onder je voet. Je wordt wakker en denkt, het wordt een laaaaaange dag…

Nee, ik zal het niet ontkennen, ik slaap beter zonder de kleintjes in mijn bed. Nu je zin?

Maar God, wat mis ik soms die plakkerige voetjes, warme adempjes en kriebelende haartjes in mijn rug en gezicht bij het wakker worden. En wat mis ik die warme armpjes zomaar opeens midden in de nacht om mijn nek. En wat baal ik als ik mijn bed uit moet als één van de kleintjes in hun eigen bed een nachtmerrie heeft.

Ja mijn kleintjes worden groot en blijkbaar hoort ook dit bij het loslaten. Maar geen moment dat ik  spijt heb gehad van de nachten dat ik mijn kleintjes in mijn bed liet.

co-sleeping
recepten

Ja-papa en een barbecue…

Ik ben gek op barbecuen! Thuis gaat de barbecue zodra het weer het toelaat aan. Eerst lekker een fikkie stoken, dan die fijne barbecue geuren, en als kers op de taart al dat lekkere vlees. Een week niet gebarbecued is een week niet geleefd!

Maar toch, als wij op vakantie gaan, laat ik de barbecue liever thuis. Want het geeft ook wel een hoop rommel, de resten van de kooltjes en de vettige gril. Ik heb nu eenmaal een bloedhekel aan afwassen en opruimen… En op de camping vind ik dat helemaal een gedoe.

Dit jaar waren we gelukkig met vrienden op vakantie, die wel hun barbecue mee hadden genomen, maar we kunnen natuurlijk niet elk jaar meeliften op het barbecuegeluk van anderen. Misschien moest ik dan, voor een volgende vakantie, toch maar op zoek gaan naar een compacte barbecue… en toen kwam ‘de vrouw’ aanzetten met een Cobb.

De Cobb is een compacte barbecue, die gemakkelijk in een draagtas is mee te nemen. Deze barbecue werkt op briketten of een zogenaamde Cobble stone. Die laatste is eenvoudig aan te steken en geeft geen rommel. Het schoonmaken is ook een eitje, want de rvs delen zijn eenvoudig af te wassen. En als klap op de vuurpijl, de Cobb wordt aan de buitenkant niet heet, waardoor je ‘m op tafel kan zetten en zelfs wanneer deze in gebruik is nog eenvoudig kunt verplaatsen.

cobb

Natuurlijk hebben we de Cobb al even getest. Op een warme vrijdagavond zijn we met vrienden gaan barbecuen in het plaatselijke recreatiebos. We vonden een mooi plekje met een boomstronk waarop de Cobb helemaal tot zijn recht kwam. Het aansteken van de Cobblestone bleek inderdaad heel eenvoudig en na vijf minuten lagen de eerste stukje vlees op de barbecue… Aan het eind van de avond ging de Cobb weer in zijn tas mee naar huis, waar alle delen los de vaatwasser in gingen…

Ik kan niet wachten op de volgende vakantie. Er staat nog wel het een en ander op het wensenlijstje, maar het eerste kunnen we weer afvinken.

√ barbecue

Wat gaan wij lekker Cobben!

Soms zijn het de kleine dingen

Soms zijn het de kleine dingen. Kleine kleffe vingertjes, die om op te vreten zijn, in jouw grote hand. Zijn vingertjes die jouw vinger zo stevig vasthouden dat je ring door je huid boort en het er pijn van doet. Zijn handje die jouw hand ongemerkt maar gericht zoekt bij een spannende gebeurtenis.

Soms zijn het de kleine dingen die er toe doen.

Die twee armpjes die je stevig vastpakken en je de liefste knuffel geven, gewoon omdat ze je lief vindt. Die twee armpjes die je de warmste knuffel geven, gewoon omdat ze je heeft gemist.

moeder en kind

Soms zijn het de kleine dingen die er toe doen.

Het lieve toetje met pindakaas op haar wangen, dat je aankijkt met ondeugende, twinkelende ogen, dat je laat smelten en lachen tegelijk. Het bekkie waar woorden en zinnen uitkomen, zo grappig, dat de beste komieken ze niet hadden kunnen verzinnen.

Soms zijn het de kleine dingen die er toe doen.

Ze kunnen het je allemaal wijsmaken, het je allemaal vertellen. Hoe geweldig het is, het mooiste wat je overkomt. Maar soms zijn die kleine donders gewoon zo lastig, dat je ze alleen nog maar terug in de doos wilt stoppen. Ze slurpen alle energie uit je, ze luisteren naar geen enkel woord wat je zegt en niets in het leven gaat meer gemakkelijk of even snel. Soms zijn ze verre weg van ‘het mooiste wat je overkomen is’ en wil je het moederschap stiekem ongedaan maken.

En op die momenten komt er weer zo een klef handje, een stevig knuffeltje of een glimmend pindakaas bekkie. Kleine dingen die het er allemaal toe doen en het ouderschap de moeite waard maken.

Het mooiste wat je overkomt. Het zijn die kleine dingen.

 

Afbeelding: Shutterstock

Ik ben een gelukzoeker

Ik heb de afgelopen dagen veel gelezen. Veel gezien. Veel nagedacht. Ik had besloten om er niet over te schrijven.

Nu doe ik het toch.

Ik ben een gelukzoeker. Elke ochtend als ik wakker word, ga ik weer op zoek naar mijn geluk.

Mijn kinderen. De ene dag is mijn geluk dichtbij. Mijn kinderen waar ik van geniet. Het besef dat ik ze in veiligheid kan grootbrengen. Dat ik ze kan omarmen en alles kan bieden wat ze nodig hebben. De andere dag is mijn geluk wat verder weg. Dan geniet ik er minder van, plak ik mijn verwende wezens achter het behang. Ik zoek verder voor mijn geluk.

Uiteindelijk blijkt, mijn geluk is altijd dichtbij.

Mijn leven. Ik zoek naar geluk in mijn leven. Er zijn dagen dan lacht het geluk mij toe. Heb ik alles wat mijn hartje begeert. Er zijn ook dagen dan ben ik minder gelukkig. Dan weet ik niet wat ik wil of hoe ik iets bereiken moet. Ik moet wat verder zoeken naar het geluk.

Uiteindelijk blijkt, mijn geluk is altijd dichtbij.

De plek waar ik woon. De plek waar ik woon is mijn geluk. Ik leef niet in angst, in geweld, in gevangenschap. Ik leef in vrijheid. Ik hoef hierin niet mijn geluk te zoeken, ik heb het geluk.

Geluk. We willen het allemaal. Voor onszelf. Voor onze kinderen.

Stel je eens voor…

Pats, kaboem! Weg is het geluk om mijn kinderen in veiligheid groot te brengen. Weg is het geluk om een leven te hebben met alles wat mijn hartje begeert. Weg is het geluk van de plek waar ik woon.

Maar ik ben een gelukzoeker. Dus ik pak mijn spullen en ik ga op zoek naar het geluk. Voor mezelf. Voor mijn kinderen.

Het geluk is niet meer zo dichtbij. Ik moet over land, over zee. Ik moet alles geven om mijn kinderen bij mij te houden, om mijn kinderen het geluk te geven. Het geluk wat we allemaal zoeken.

Ieder mens is een gelukzoeker.

De vraag is alleen, heb jij het geluk dat de ander het je ook gunt?