Vroeger werden kinderen afgewimpeld met een uitspraak of een gezegde. En daar moest je het dan mee doen. Tegenwoordig moet je je kinderen een uitgebreide uitleg geven over hoe, wat en waarom. En ja daar willen we als hippe ouders best een beetje in meegaan, maar er zijn grenzen. En zo nu en dan floept er toch ook een uitspraak uit je mond, waarvan je achteraf denkt ‘wat zeg ik nou eigenlijk?’
Herken jij deze uitspraken en gezegdes ook?
Wanneer je irritant was…
‘Nu stoppen, anders plak ik je achter het behang!’
Wanneer je vroeg wat we gingen eten
‘Hussen met je neus ertussen.’
Of wanneer je dorst had…
‘Heb je dorst? Dan ga je naar Jantje Worst, die heeft een hondje en die piest zo in je mondje.’
Wanneer je zat te zeuren om het eten
‘Dan ga je maar zonder eten naar bed.’
‘Dan krijg je ook geen toetje.’
Wanneer je echt stout was
‘Pas maar op, anders pak ik de mattenklopper!’
‘Nu ophouden, anders ga je in het kolenhok.’
‘Stop met krijsen, anders zet ik je onder de koude douche.’
‘Ophouden of we brengen we je naar het gesticht.’
‘Mond houden, anders ga je op blote voeten naar bed!’
‘Stop met janken anders geef ik je iets om te janken.’
Wanneer je lui was
‘Ben je moe? Dan moet je zorgen dat je pa wordt.’
Waarom?
‘Omdat ik het zeg, daarom!’
Wanneer je kwam met ‘maar hij mag het ook’
‘Als al je vrienden in de sloot springen, spring jij er dan ook in?’
Wanneer je zat te zeuren om iets
‘Geld groeit niet aan bomen.’
‘Het groeit niet op mijn rug.’
‘Zoek je maar een baantje’
‘Het is pas koud als de boeren ijs melken.’
En later kwam… ‘Koud? Seks met een ijsbeer, dat is pas koud!’
Wanneer je zat te zeiken
‘Een schop onder je achterste is goed voor je karakter.’
‘Wie niet horen wil, moet maar voelen.’
‘Als je niets leuks te zeggen hebt, zeg dan niets.’
‘Kan niet is dood en begraven, en wil niet ligt er naast.’
Wanneer je je ergens mee bemoeide
‘Hebben we poep geroepen of met de pispot gerammeld?’
Wanneer je pijn had
‘Het gaat wel over voor je een jongetje wordt!’
Wanneer je vroeg hoe laat het was
‘Kwart over de rand van de pispot.’
Wanneer je de deur open liet staan
‘Ben je in de kerk geboren?’
Bijzondere bangmakerijen
‘Daar krijg je vierkante ogen van!’
“Als je je gezicht blijft trekken, blijft het zo staan.”
Wat gaan we doen?
Poepen in een oude schoen!
