Wanneer je zwanger bent van je eerste kindje, is iedereen razend enthousiast. De verhalen over bevallen en moeder worden, vliegen je om de oren. Je krijgt eindeloze adviezen, tips en tricks te horen tot aan de bevalling en tot ver daarna. En hoewel niemand je werkelijk kunt voorbereiden op het moederschap, ben je die eerste keer op zijn minst een beetje voorbereid op een verandering. Totdat je zwanger wordt van je tweede. Dan stopt het opeens en wenst iedereen je alleen nog maar heel veel succes.
Van één naar twee kinderen
Niemand praat echt over de verandering van één naar twee kinderen. Met een eerste baby worden er van allerlei kanten hulp aangeboden, kaartjes, maaltijden, cadeautjes en adviezen. Maar wanneer je je tweede krijgt wordt er aangenomen (of verwacht) dat je het allemaal wel weet, kan en redt. Dat alles, min of meer, van een leien dakje gaat, je hebt het immers al eens eerder gedaan.
Eén baby maakt je geen expert
Maar één baby maakt je nog geen expert. En één kind maakt je ook een stuk minder uitgeput dan twee kinderen. Met dit artikel wil ik niemand ontmoedigen of bang maken, maar ik wil juist iedereen wakker schudden. De ware overgang laten zien en nee, dat is niet alleen maar kommer en kwel. Maar wel best zwaar.
Wij kregen ons tweede kindje net nadat onze eerste twee jaar was geworden. Om precies te zijn verschillen onze kinderen 26 maanden. Ik had heus verwacht dat twee kinderen met twee jaar verschil zijn uitdagingen zouden hebben. En tuurlijk, wat het leeftijdsverschil tussen je twee kinderen ook is, er zijn uitdagingen waar je mee te maken krijgt. Maar dat het krijgen van een tweede zo’n impact zou hebben, had ik niet zien aankomen. Was ik naïef? Wellicht! En het is uiteindelijk ook allemaal wel goed gekomen, maar de overgang van één naar twee kinderen heeft wel wat tijd gekost.
Eerste en tweede zwangerschap
Dat er een groot verschil zit tussen het krijgen van een eerste en een tweede baby, merkte ik al tijdens de zwangerschap. Waar ik met de eerste nergens last van had, altijd kon rusten wanneer ik wilde en volledig was voorbereid, was dat tijdens de tweede zwangerschap het tegenovergestelde. Wanneer je zwanger bent van een tweede kun je niet op alle momenten je rust pakken. Je hebt er tenslotte al ééntje rondlopen die aandacht van je wil en op de verkeerde momenten alle energie uit je trekt. Bovendien is een reusachtige buik ook niet heel bevorderlijk voor het spelen met een actieve peuter. Maar je wilt je peuter niet tekort doen en dus doe je het toch.
Je raadt het al, na de bevalling houdt dit niet op. Iedere dag moet je jezelf een schop onder je kont geven. Je ziel onder je arm nemen en gaan met die banaan. Dit is gewoon je leven nu. Je gaat continu over je eigen grenzen heen en dat is zwaar.
Je hebt geen moment voor jezelf
Als je één kindje hebt, heb je in het weekend of op de dagen dat je thuis bent, tussen de middag een moment voor jezelf. Je kleintje doet dan een dutje en dat is heerlijk. Je kunt op de bank ploffen en in je telefoon duiken om eindelijk weer even up to date te zijn van je Instagram feed. Of je kunt zo’n beetje alles doen, waar je normaal gesproken een hele week over doet, maar nu kan het. Wie wist dat je een taart kan bakken, e-mails beantwoorden en je badkamer opnieuw kunt voegen in anderhalf uur? Moeders met één baby kunnen dat. Moeders met twee kinderen niet. Wanneer het ene kind slaapt, slaapt de andere niet. Dat is een onderlinge afspraak denk ik.
Je moet je aandacht verdelen
Vanaf het moment je moeder wordt, heb je een soort van schuldgevoel in je. Je hebt altijd het gevoel dat je tekort doet. Met twee kinderen wordt dat gevoel alleen maar erger, want nu moet je aandacht ook nog eens gaan verdelen. En er is gewoon geen enkele mogelijkheid om deze aandacht gelijk te verdelen. Je twee kinderen hebben namelijk een ander soort aandacht nodig, maar wel meestal op hetzelfde moment. Je moet dus een manier bedenken om een vermoeide baby te wiegen en tegelijkertijd een duplokasteel te bouwen. Of wat dacht je van het moment dat je kleine schattige mormeltje een jaloers monster wordt? Waar hij ooit vrolijk een kilometer met je mee liep, wordt hij nu helemaal gek wanneer zijn jongere broertje of zusje in een kinderwagen mag zitten en hij niet.
Maar hey, uiteindelijk lukt het allemaal wel en dan mag je best een beetje trots zijn op jezelf. Weg met dat schuldgevoel!
Je bent moe(der), meer dan ooit
Als je gewend bent om voor niemand anders dan jezelf te zorgen, is het zwaar wanneer je in je slaap gestoord wordt. Maar het zal geen schok voor je zijn, dat ook je tweede baby je ’s nachts wel eens wakker houdt. Maar vergis je niet, want deze keer is het nog vermoeiender. Je oudere kind geeft er namelijk helemaal niets om, dat je de hele nacht op bent geweest met een baby en ’s ochtends wat rust nodig hebt. Hij is nu wakker, hij wil nu zijn ontbijt en hij wil nu spelen. Van één naar twee kinderen is zwaar én vermoeiender dan ooit.
Je leert jezelf écht kennen en je partner ook
Misschien is dit nog wel het zwaarste van alles. Met twee kinderen onder je hoede, leer je jezelf écht kennen. En dat niet alleen, je partner ook. Er is niemand met wie je dit allemaal liever zou willen delen, maar er is ook niemand die je meer zal irriteren tijdens deze overgang van één naar twee kinderen. Je bent moe, emotioneel en je hebt een schrijnend tekort aan tijd voor zichzelf. Dus, ja, er kan wel eens wat op je zenuwen gaan werken.
Zoals ik al zei, niet alleen maar kommer en kwel. Net zoals je twee keer zoveel neuzen moet snuiten en twee keer zoveel was moet opvouwen, zijn er ook twee keer zoveel schattige kinderen om van te houden. En dat maakt het leven van één naar twee kinderen niet alleen zwaar, maar ook zoveel mooier.