“Als jij niet met me gaat voetballen, dan ga ik je slaan”, hoorde ik het vriendje van mijn jongste tegen hem zeggen. “Oke, moet ik nu ingrijpen?” Terwijl ik twijfelde of ik er wel of niet mee moest bemoeien, hoorde ik hem al zeggen, “Sla maar”. Vervolgens wees hij naar zijn been. “Doe maar hier”. Dat deed het vriendje natuurlijk niet. De lol was er al vanaf door zijn rustige reactie. En toen was ik zo trots op die kleine!
“Ik ben trots op jou!”, zeggen we dat soms niet te weinig tegen een ander? Het is het mooiste cadeau dat je kunt geven. Zeggen dat je trots bent op iemand. Als iemand een mooi compliment aan me geeft, voel ik mezelf helmaal warm worden van binnen. Dit soort cadeautjes kun je niet vaak genoeg uitdelen. Soms vraag ik me af of ik genoeg complimenten geef. Terwijl ik vaak genoeg reuze trots ben op mijn mannen.
Natuurlijk ben ik trots als ze er leuk uitzien, goede cijfers halen, een doelpunt scoren. Dat is natuurlijk altijd leuk. Maar echt trots ben ik vaak als ik weet dat het moeite heeft gekost om ergens te komen. Dat er echt doorzettingsvermogen voor nodig is geweest om de eindstreep te halen.
Mijn oudste hadden we opgezadeld met een typecursus. Zo een waar je ook gewoon zo’n 20 weken aan vast zit. Er was ook werkelijk geen reet aan, dus ik snapte ook wel dat hij het stom vond om te doen. Mijn man vond dat het wel een goede basis voor de toekomst. Wat had die jongen er een hekel aan om te typen elke avond. Gefrustreerd zat hij achter de computer. Totdat hij zelf een plan bedacht om het te halen, zonder elke dag te moeten typen. En ja hoor, door doorzettingsvermogen en zijn eigen plannetje, heeft hij het gehaald. En wij trots op hem. Hij had ondanks dat hij het stom vond, toch doorgezet.
Al zijn ook juist vaak de kleine dingen die het doen. Vaak ben ik mega trots als de jongens voor elkaar opkomen. Dat ondanks ze soms ruzie hebben, als het er op aan komt, er voor elkaar zijn. Als ik zie dat de middelste de jongste bij de hand neemt om hem ergens mee naar toe te nemen. Of als verrassing een een lekker ontbijtje heeft gemaakt. Ik vergeet dan compleet dat ze die ochtend nog lagen te rollen bollen op de grond om een LEGO poppetje. Ik ben dan al gesmolten.
Als ik ze samen zie rennen en klimmen geniet ik van ze. Het zijn alle drie verschillende jongens. “Een leuk stel!” Dat hebben we toch goed voor elkaar. Dan ben ik zo trots!