Afbeelding: Shutterstock
Wanneer je kleine kinderen onder de vier jaar hebt, dan ben je waarschijnlijk te moe om dit te lezen. Maar misschien wil je toch even je ogen open houden, ik heb namelijk een soort van goed nieuws! De vermoeidheid gaat voorbij. Hoewel je steeds minder avond voor jezelf hebt, krijg je wel steeds meer nacht terug. En dat is fijn, want we weten allemaal wat slaaptekort met ons doet.
Naast de vermoeidheid, heb je het ook ontzettend druk. Want de kleintjes zijn druk. Toen mijn kleintjes onder een jaar waren, hadden ze de missie om overal zo snel mogelijk op te klimmen, niet wetende dat ze er ook net zo snel weer af konden tieven. Toen ze net het jaar gepasseerd waren, konden ze lopen en sindsdien renden ze van hot naar her.
Een warme maaltijd nuttigen met z’n allen aan tafel? Klinkt leuk, maar er zat er altijd wel één onder tafel of ondersteboven in zijn stoel.
Een enigszins normaal gesprek voeren met een medevolwassene? Het had zo fijn voor mijn geestelijke toestand kunnen zijn, maar dit gesprek met drie kleintjes om mij heen verergerde op dat moment mijn geestelijke toestand alleen maar.
Mijn schatjes hadden altijd wel wat. Zagen altijd wel wat. Wilden altijd wel wat. En als er dan een keer niks aan het handje was, dan zaten ze aan mij vastgeplakt als een plakkerige neuspulk die je niet van je vingers afkrijgt.
En wat een gemis was het middagdutje toen het er niet meer was. Ik heb hem gesmeekt om mij niet vroegtijdig te verlaten. Maar toen mijn jongste twee was, vond ze het genoeg geweest en besloot alleen nog maar op de gekste plekken in slaap te vallen.
Maar op het moment dat je denkt dat je brein het niet langer aan kan en het opgeeft, wordt het rustiger. Of was het de komst van de iPad? Kan ook.
Hoe dan ook, ze zijn rustiger. Het leven wordt makkelijker! En vakanties worden behaaglijker.
Oké, mijn kleintjes zijn nog steeds niet erg groot, maar groot genoeg om te kunnen zeggen:
– Ze lopen me niet meer als een trouwe hond elke stap achterna. In huis. Buitenshuis is een ander verhaal, want daar letten ze dan weer niet op mij. Wat overigens ook steeds makkelijker wordt, want ze kunnen inmiddels hun naam en adres hardop uitspreken.
– Wanneer ze nu thuis spelen, wat overigens nog steeds opvallend vaak is, hoef ik niet meer met ze mee te spelen. Want dat spelletje op de iPad kunnen ze helemaal alleen bedienen. Zie je toch die iPad…
– En voor de afstandsbediening hebben ze me ook niet meer nodig. Geheel in hun eigen beheer.
– Ze worden rustiger. Maar dan ook echt rustiger. Stiller ook. Behalve wanneer ze mij iets vragen met de koptelefoon op. DAT MOET OP VOLUME 10!
– Een gesprek met een medevolwassene wordt alleen nog onderbroken om te vragen of ze een nieuwe app mogen downloaden.
– Als ik ze de hele dag zou laten gaan, zou ik mezelf nog afvragen of ze überhaupt nog wel kunnen bewegen.
En daarom stak ik er van de week een stokkie voor. Het is nu even genoeg met die iPad en al die andere schermpjes. ‘Vandaag geen scherm, bedenk maar iets anders om mee te spelen!’, was mijn opdracht…
…
…
Worden ze rustiger? Of is het de iPad?
Het is de iPad.