En toen bleek ik opeens een winkeldief! Nou ja, mijn kleuter dan…

Boodschappen doen is meestal niet mijn favoriete bezigheid, maar sinds de zelfscankassa’s hun intrede hebben gedaan, vind ik het ineens een stuk dragelijker. Geen eindeloze wachtrijen meer, geen vreemde blikken van de caissière als mijn kleuter weer eens iets te hard roept dat hij “NU EEN KOEKJE WIL!” Nee, met een zelfscanner kan ik rustig mijn karretje door de gangpaden manoeuvreren, zonder me druk te maken over ongemakkelijke situaties. Tenminste, dat dacht ik.

Prachtig dat zelfscannen

Daar liep ik dan, met mijn kleuter naast de winkelwagen en de scanner stevig in mijn hand. Mijn kleuter vindt het prachtig, dat zelfscannen. Terwijl ik zorgvuldig de barcodes van de yoghurt, appels en brood inscan, grijpt hij enthousiast naar alles wat hij kan bereiken. Soms kijk ik nog eens achterom en zie ik een pak eierkoeken die ik me niet kan herinneren gepakt te hebben, of een zak chips die ik echt niet op mijn lijstje had staan. “Mama, koekjes!” roept hij blij en mikt een pak oreo’s in de kar. “Nee, schat, die hebben we al thuis,” probeer ik dan geduldig, terwijl ik de koekjes terugleg en een poging doe om hem een appel aan te smeren.

Maar goed, meestal weet ik deze spontane inbreng nog op tijd te ontdekken en corrigeren voordat we bij de kassa zijn. Ik scan het laatste item, betaal met een voldaan gevoel en denk dat ik de winkel als een ware multitaskende supermoeder heb verlaten.

Tot die ene keer. De winkel was druk en mijn geduld stond op het punt te verdampen. Mijn kleuter had zijn ogen laten vallen op de plastic tasjes bij de kassa en in de chaos die volgde, had ik mijn volle aandacht nodig om te voorkomen dat hij met de hele tassenbundel op de grond zou eindigen. “Kom op, we zijn bijna klaar,” mompelde ik, terwijl ik de laatste producten in mijn tassen propte en de zelfscan op ‘betalen’ zette.

Steekproef

En ik voelde het al aankomen… “Steekproef,” verscheen er op het scherm. O nee, niet nu! Ik keek naar mijn overvolle kar, mijn kleuter die inmiddels de zak met chips weer had teruggevonden, en ik zuchtte diep. Daar kwam de medewerker al aan, glimlachend maar met een blik die duidelijk maakte dat er geen ontkomen aan was.

“Goedemiddag, even een kleine controle,” zei ze vriendelijk terwijl ze de scanner pakte en begon met het nalopen van mijn boodschappen. Ik deed mijn best om me onschuldig te gedragen, maar ergens bekroop me een vervelend gevoel. Wat had hij er nu weer in gegooid zonder dat ik het doorhad?

En ja hoor, na een paar tellen vond ze het: een grote reep chocola, diep verstopt onder een stapel bananen. “Deze is niet gescand,” zei ze, terwijl ze me met een licht vragende blik aankeek. Ik kon wel door de grond zakken. “Sorry, die had ik echt niet gezien,” stamelde ik. Ze knikte begripvol, maar ik voelde me schuldig. Niet alleen omdat ik die reep niet had gescand, maar ook omdat ik in gedachten al aan het plannen was hoe ik die kleuter straks thuis ging berispen.

“Mama, chocola voor thuis?” riep hij vrolijk, terwijl hij naar de reep wees. De medewerker glimlachte breed en ik zag haar denken: “Dat excuus heb ik vaker gehoord.”

Daar stond ik dan

Daar stond ik dan, terwijl (voor mijn gevoel) de hele supermarkt me toekeek. Ik betaalde snel voor de vergeten reep, bedankte de medewerker en duwde het karretje zo snel mogelijk richting uitgang. Mijn kleuter zwaaide vrolijk en ik mompelde iets van “geen chocola voor jou, jongeman!” Maar eigenlijk voelde ik me vooral beschaamd.

Eén ding is zeker: de volgende keer dat ik bij de zelfscan sta, check ik nog even extra goed wat er allemaal in mijn karretje is beland. Want je weet het maar nooit met die kleine winkeldief.


Uitgelichte afbeelding: Shutterstock

Previous ArticleNext Article