Een spelletje spelen met een kleuter valt niet altijd mee. Ze hebben namelijk de onuitstaanbare drang om altijd te willen winnen. Mijn kleuter maakt ook werkelijk overal een wedstrijdje van. Hoe zou dat toch komen? Maar verliezen komt niet voor in haar eigen wedstrijd-wereld. Als ze het verlies al een klein beetje aan voelt komen, begint ze te gillen alsof ze de gewonnen hoofdprijs van de loterij weer in moet leveren.
De twee emoties, lachen en huilen liggen ook zeer dicht bij elkaar.
Ik ging een spelletje met mijn kleuter spelen. Make ‘N Break Junior. Er zijn verschillende kaartjes met bouwwerken van 6 blokjes. Deze moeten alle spelers (in dit geval ik en mijn kleuter) tegelijkertijd bouwen. Wie het eerste het bouwwerk heeft staan, wint de ronde. Een spelletje waarbij je goede controle over je zenuwen en behendigheid nodig hebt. Mijn kleuter is best behendig, maar onder (tijds)druk is het voor haar ook best lastig. Toch kan zij de blokjes al goed stapelen en is zij een ware tegenstander voor mij. Maar zoals ik al zei; de twee emoties, lachen en huilen liggen ook zeer dicht bij elkaar. “Rot blokjes! Ik wil dit spel nooit meer doen.” Nog geen seconde later: “Nu wil ik het kaartje kiezen! Deze is makkelijk whahahaha”.