Mijn kleuter is vier en zit logischerwijs op de kleuterschool. Op de kleuterschool ziet en leert hij van alles. Het is ongelofelijk hoe snel hij een ontwikkeling doormaakt. Hij leert er onder andere op een stoeltje zitten, langer dan vijf minuten achtereen. Hij leert er spelletjes doen en hij leert er samen spelen met vriendjes.
Hij leert er allemaal wilde ongecontroleerde bewegingen, wat hij dan weer vechten noemt. Hij leert er overigens ook allerlei nieuwe woorden bij, waarvan ik ze nog niet uit het bekkie van mijn kleuter had verwacht.
Nee, ik sta er echt verstelt van hoe zo een juf dat met dertig van die kleine murmels allemaal voor elkaar krijgt. Wat ik al vier jaar allemaal probeer bij te brengen, doet zij even in een half jaartje. En dan maal dertig. Maar toch is er nog werk aan de winkel, daar kwam ik van de week achter toen mijn kleuter mij een boekje wilde voorlezen.
Uiteraard kan hij helemaal nog niet lezen. Hij is vier! Maar hij is wel druk bezig met letters en in zijn beleving kan hij al een aardig woordje lezen.
Letter voor letter, spellen we samen het woord.
“E-Z-E-L-S-O-O-R”
“En wat staat er dan?” Vraag ik hem in de veronderstelling dat hij ezelsoor zal zeggen…
“BOEK!”, antwoordt hij trots.
Tja…
Ik laat hem in de waan en lees het BOEK aan hem voor. Het blijft tenslotte lezen voor beginners.