Een perfecte moeder zijn is zó overschat

Een perfecte moeder, wat zouden we dat toch allemaal graag willen zijn. Maar de praktijk leert ons dat het maar voor een handje vol moeders is weggelegd. En dan nog, zijn die wel zo perfect als ze beweren? Maar dat terzijde, want ik heb goed nieuws! Een perfecte moeder zijn is zó overschat. Weet je waarom?

Kinderen hebben helemaal geen perfecte moeder nodig. Ze moeten weten dat het oké is om gewoon een mens te zijn. Een die fouten maakt, en excuses aanbiedt, van zijn fouten leert en weer doorgaat. Dat zal ze namelijk verder in het leven brengen dan een wereld vol perfectie. En bovendien, mensen houden niet van een perfect persoon, ze houden van wie je bent, met alle eigenschappen erop en eraan.

Daarnaast kost het zoveel energie om te voldoen aan een perfecte moeder zijn, die energie kun je beter steken in aandacht geven aan je kleintjes. Of gewoon gebruiken om zelf op adem te komen. Kinderen herinneren namelijk geen wonderschone woonkamer, ze herinneren het spelen en lol maken in die woonkamer.

Denk eens even terug aan je eigen kindertijd. Waar speelde jij het liefst? Bij dat vriendinnetje waar je niks mocht aanraken of daar waar overal speelgoed lag en waar je relaxt op de bank kon zitten.

Oh ja, en uiteindelijk is het feit: de perfecte moeder bestaat niet. Dus waarom iemand willen zijn, die toch niet bestaat?


Afbeelding perfecte moeder: Shutterstock 

Wat wil je later worden? Moeder!

Mijn dochter wil later van alles worden. Het begon ooit met prinses, al snel werd dat een K3 en tegenwoordig gaat het er wat serieuzer aan toe. Nu komen de beroepen als juf, dokter, kapper en jawel, moeder aan bod.

Ze wil dus moeder worden. Ik vraag mij wel af waarom. Blijkbaar denkt ze om de één of andere reden dat het leuk is. Ik zie het dan maar als een compliment.

moeder worden

Ik zal ook niet ontkennen dat het leuk is. Ik heb namelijk drie pareltjes van kleintjes, die mijn leven elke dag opfleuren. Maar volgens mij was zij de afgelopen zeven jaar toch ook getuige, ze nam er zelfs deel aan, van een chaos met drie kleine kindertjes die alles in de strijd gooien om de meeste aandacht van hun mama. Vechtpartijen om het roze bord bij het ontbijt, over wie er op het liftknopje mag drukken en om wat er op tv gekeken wordt.

Ze heeft me dagelijks horen schreeuwen om hun schoenen aan te trekken, omdat we anders te laat op school zouden komen. Ze heeft me tot tranen aan toe zien smeken dat er iemand naar mij moest luisteren. ‘WAAROM LUISTEREN JULLIE NIET!!!!’

En toch wil ze later een moeder worden.

Misschien moet ik haar informeren over de minder leuke kanten van het beroep, ook al is moeder zijn geen baan. Haar een realistisch beeld geven van het moederschap….

Om te beginnen zal ik haar een paar keer per nacht wakker blèren en haar dwingen om wat drinken voor mij te halen. En vervolgens zal ik haar rond een uur of 5.00 dwingen om beneden te blijven, bij mij, kijkend naar Dora, Nijntje, of iets anders waar ze compleet gek van wordt.

De rest van de dag? Waar ze gaat, zal ik haar volgen. Naar het toilet, naar de douche, als ze begint met haar huiswerk. En zodra ze een gesprek met iemand begint zal ik haar elke 14 seconde onderbreken met een zéér belangrijke mededeling, bijvoorbeeld dat ik zojuist een scheet liet. Of een boer.

Op het moment dat ze met haar vriendinnetje belt, of haar oma, is dat een uitstekend moment om te vragen hoe oud ze eigenlijk is. En waarom. Oh ja, dan vraag ik ook meteen even waarom de lucht blauw is en de zon geel. En of dat wel echt zo is? Of misschien heeft ze dat wel gewoon verzonnen. Wie heeft dat haar verteld dan? Van wie heeft ze dat geleerd.

Uiteindelijk ben ik gewoon niet tevreden met haar antwoord. Ik weet het zelf veel beter.

Terwijl we de auto instappen, veeg ik mijn snotneus af aan haar mouw. In de auto ga ik brullen, totdat ze mijn lievelingsliedje op de radio aanzet. Maar dan begin ik toch weer te huilen, want het is mijn lievelingsliedje niet meer…

Óf ik laat haar lekker in haar waan en vertel haar dat ik heel graag oma wil worden van haar kleintjes. Want eigenlijk ben ik er zeker van dat ze op een dag een geweldige moeder zal zijn!

Lezen, lezEN, LEZEN met je kleintje

Kinderen die naar school gaan, worden doorgaans schoolkinderen genoemd. Logisch. Schoolgaande kinderen krijgen doorgaans ook huiswerk mee. Ook logisch. Althans, het klinkt logisch voor mij. Mijn 7-jarige denkt daar tot op heden anders over.

Vanaf groep drie krijg ik als ouder van de juf te horen “lezen, lezEN, LEZEN met je kleintje! Het is zó belangrijk om te lezen. Voorlezen, samen lezen, boeken halen bij de bieb, leesbingo’s in de vakanties, lezen voor het slapen, lezen aan de ontbijttafel, lezen op het toilet, lezen, lezen, lezen”. Oke, ik snap het. En dus lezen wij als ouders braaf met onze kleintjes. Toch?

In de praktijk blijkt dat ietsje anders te gaan dan dat je in theorie zou denken.

Stel de opdracht is: Lees 10 minuten per dag.

Geen ingewikkelde opdracht lijkt me, aangezien er 144 x 10 minuten in een dag zitten, waar er gemiddeld 72 van gespendeerd worden aan slaap en er plus minus 36 kwijt zijn aan school. Voor schooltijd is er geen tijd voor dit soort opdrachten en zo blijven er ongeveer 24 potentiële 10 minuten over voor de eventuele ’10 minuten lezen’.

Volgt u het nog?

In theorie zou je dus als 7-jarige een boek kunnen pakken, om vervolgens 10 minuten te gaan lezen in het boek, met als resultaat dat je ouders en de juf blij zijn en je opdracht voltooid is.

Het is een theorie.

Nu de praktijk.

Je kleintje komt uit school, drinkt een kopje thee met een koekje en je bent vastbesloten om éérst het ‘huiswerk’ te volbrengen. 

0-20 minuten: Het kiezen van een boek. Ik snap het, het is niet gemakkelijk om een keuze te maken. Stel dat het boek tegenvalt of stel dat het niet lekker leest… Je wilt natuurlijk wel de juiste keuze maken.

20-30 minuten: Een discussie over dat het ‘zoek en doe boek’ het ‘masker-knutselboek’ of de Donald Duck niet de boeken zijn waar 10 minuten in gelezen moet worden.

30-40 minuten: Een discussie over nu gaan lezen en niet nu Netflix gaan kijken.

40-50 minuten: Je kleintje moet (plotseling) poepen.

50-80 minuten: Terwijl je bezig was met de andere kleintjes, is het kleintje ongemerkt naar boven geslopen en speelt op haar Nintendo DS.

80-100 minuten: Het kleintje heeft honger en dorst.

100-120 minuten: Het kleintje staart om zich heen.

120-130 minuten: Het kleintje geeft op en begint in het boek. Na de eerste regel begint het ook te klagen: het boek is te saai, te moeilijk of te lang.

130-140 minuten: Het kleintje heeft weer honger en dorst.

140-190 minuten: Tijd om te koken en te eten.

190-220 minuten: Tijd om te douchen, tanden te poetsen en pyjama’s aan te doen.

220-230 minuten: Opnieuw een discussie over de keuze van het boek.

230-240 minuten: Het kleintje vertoont vermoeid en onhandelbaar gedrag. Tijd om te gaan slapen. Morgen weer een dag.

240-245 minuten: Tijd van stilte.

245-255 minuten: Het kleintje vindt dit dé tijd om de 10 minuten te lezen. Je bent het er niet mee eens, maar laat het toch maar weer toe…

Beste moeder die vandaag ontslag wilde nemen

Ik zie je schouders hangen alsof ze naar beneden getrokken worden met twintig kilo lood. Het zijn niet alleen je schouders die hangen, ook aan je wallen hangen wat kilootjes. Je vraagt jezelf af wat voor nut het heeft om nog een fatsoenlijke maaltijd op tafel te zetten. Of om al het speelgoed in de bakken te gooien, de was was op te vouwen, of überhaupt het huishouden doen, omdat het allemaal compleet nutteloos lijkt te zijn.

Ontslag nemen

Je zou ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Ik zie je in de auto zitten en je probeert je af te zonderen van het eeuwige getetter en gekibbel achter je. Het liefst zou je willen schreeuwen “KOPPEN DICHT!!”, maar het enige wat je kunt doen, is je hoofd tegen de toeter rammen en de tranen over je wangen laten biggelen.

Je zou ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Ik zie je zitten op het toilet waar je op adem probeert te komen van een hysterisch schreeuwfestijn waar je zojuist in was beland. Je kind van inmiddels 7 jaar gedroeg zich als een kleuter en haalde het bloed onder je nagels vandaan, zo erg dat je jezelf niet meer beheersen kon en net zo hard mee schreeuwde alsof je zelf de kleuter was.

Jij, je leven, je gezin, je kleintjes. Wat zou je soms toch graag ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Je kunt het!

Er zijn dagen in het moederschap die zullen aanvoelen alsof je moet overleven op een onbewoond eiland. Er zijn weken die zullen aanvoelen alsof je moet overleven op de maan.

Maar je kunt het, ik weet het zeker je kunt het!

Dus raap jezelf bij elkaar en gooi die schouders eronder. Weegt het twintig kilo lood? Jij kunt het dragen! Winnaars geven nooit op en mensen die opgeven winnen nooit.

Het moederschap ziet er soms zo anders uit dan je voor ogen had. Het zijn geen plaatjes die je van Pinterest kunt plukken en op je eigen bord kunt pinnen. Soms wel, maar meestal niet. Meestal is het hard werken. En leren, vooral over jezelf.

Een wijs iemand zei ooit ‘de grootste fout die je kunt maken is om er geen te maken’. Al gaande weg leer je en soms zou je toch echt ontslag willen nemen. Maar dat kan niet. Want ontslag nemen betekent stoppen en je kunt niet zomaar stoppen.

Wie dan?

Want, beste moeder die vandaag haar ontslag wilde indienen, heb je enig idee wat voor rol je bijdraagt? Ja, al je werk voelt soms compleet nutteloos, maar stel je eens voor dat je er niet zou zijn en al dat werk niet gedaan zou worden? En ja, je kunt je kleintjes regelmatig achter het behang plakken (en de kleintjes jou), maar wie troost ze dan als ze vallen? Wie stelt ze gerust als ze ’s nachts een nachtmerrie hebben. En wie leert ze dan om te gaan met al die heftige wervelstormpjes van emoties in hun hoofdjes?

Wie helpt ze dan met hun huiswerk? Wie wast er dan hun kleertjes? Wie ruimt er dan hun kots op? Wie veegt er dan hun kont af?

Echt, ik weet het zeker, je kunt het! Haal die gewichtjes van je schouders en je wallen. Stop met het kijken naar de ‘het leven is zo geweldig met mijn kinderen Instagramposts’. Stop met jezelf en je kleintjes te vergelijken met de perfecte moeders en hun perfecte kinderen.  

Want ook al zou je heel graag ontslag willen nemen, jij bent de perfecte moeder voor jouw kleintjes. En er is niemand anders die jouw rol over zou kunnen nemen.

Morgen is er weer een nieuwe dag. En je kunt het, ik weet het zeker je kunt het!


Afbeelding vermoeide moeder: Shutterstock

Ik ben drie en ik heb de regie! Ik ben zeven en ik pik dat nie!

Broers en zussen. Broers en broers. Zussen en zussen. Het kan zo leuk zijn. Maar ook zo vermoeiend. Zeker voor een zevenjarige ‘oudste’ met een driejarige ‘jongste’.

Als oudste heb je namelijk een aantal eigenschappen waar je in principe weinig tegen kunt doen, je krijgt ze gewoon als cadeau erbij. Zo zijn oudste kinderen vaak de leidertypes en hebben zij standaard de regie in handen. Regie als het op spelen aankomt, wie de afstandsbediening in handen heeft of wie waar zitten mag.

Maar dan is daar opeens je zusje van drie die stevig met haar armpjes in haar zij vertelt dat ze écht niet gaat doen wat jij zegt. Dan sta je toch wel even gek te kijken als zevenjarig opperhoofd. In eerste instantie is het nog schattig en denk je als grote zus nog, laat maar gaan, ze trekt wel weer bij…

Maar kindjes van drie, willen ook de regie. En niet voor even, maar de rest van hun leven.

Zo, ben ik even lekker op mijn rijmelarij toer. 

Kindjes van drie willen hun eigen weg bepalen. Wil jij even snel een boodschapje doen, vergeet het maar. Vind jij dat het tijd is om op te ruimen, begin dat maar ver van tevoren voorzichtig aan te kondigen, want ‘meteen’ en ‘even snel’ komt niet in hun toneelstuk voor. De regie in handen willen hebben gaat zelfs zo ver dat de driejarige bij het rode stoplicht heel hard GROEN gaat roepen.

Een toneelknecht van de grote zus is het laatste wat een driejarige wil zijn. En dan is zo een driejarig zusje helemaal niet zo schattig meer. Als je namelijk tijdens een verjaardag een voorstelling wilt geven, zoals zevenjarige dat doorgaans doen, en je driejarige zusje de regie overneemt, dan is dat natuurlijk bloedirritant.

En met twee regisseurs in de stoel wordt zo een voorstelling al snel een open podium voor een dramatische improvisatie.

Ik ben drie en ik heb de regie?! Ik ben zeven en ik pik dat nie!!

Afbeelding broer en zus: Shutterstock

Co-sleeping

Co-sleeping, samen slapen, whatever… wat kan jou het schelen!

Mensen hebben een mening over co-sleeping, samen slapen, of whatever hoe je het noemen wil. Hier mijn ervaringen over dit onderwerp.

Om de één of andere reden moeten mensen altijd wat te zeggen hebben over een ander. Commentaar leveren op de opvoeding van een ander, bijvoorbeeld. Ik zal niet liegen, ik doe daar meestal onbewust en soms bewust aan mee. Maar als je dan zelf het een keer op je bordje krijgt, realiseer je je hoe irritant het eigenlijk is.

Gij zult niet samen slapen

Als ik bijvoorbeeld vertel dat tot voor kort (lees tot voor heel kort en soms nog steeds) al onze kleintjes ’s nachts bij ons in bed kruipen, kropen! Die fronsende, verbazingwekkende, afkeurende blikken… Alsof ik één van de 10 geboden verbroken heb. ‘Gij zult niet samen slapen met uw kleintjes’. Ik ben vrij christelijk opgevoed en ik ben er ook vrij zeker van dat dit gebod niet op één van de twee stenen tafelen beschreven stond. 

Fijn, ik bega, beging geen zonde.

Minachtende en verbaasde blikken

En wat de oordelende, minachtende en verbaasde blikken betreft, what the heck? Denk je dat ik er buitenaardse rottende monstertjes mee kweek? Heb jij er last van als mijn kleintjes bij mij in bed slapen, sliepen? Wij kregen er overigens wel last van, aangezien die rottende monstertjes alle drie gemiddeld een meter lang zijn. En omdat onze nachtrust er elke nacht kwalitatief flink op achteruit ging, was het hoog tijd om daar verandering in te brengen.

Co-sleeping (go sleeping!)

En nu als, áls de kleintjes een hele nacht doorslapen in hun eigen bedje is het inderdaad alsof ik de hele nacht in een coma heb gelegen. De tijd lijkt ook veel sneller te gaan. Je gaat slapen en je wordt weer wakker. In plaats van je gaat slapen, je wordt wakker van kind 1 dat bij je wil liggen. Je valt in lichte slaap en je vangt een hand op met je neus. Je valt in slaap en wordt half wakker van kind 2 die boven op je voeten kruipt. Je valt in slaap en kind 3 duwt je als ware opzij omdat je in de weg ligt. Je valt in slaap maar durft niet meer te bewegen. Je wordt half wakker van warme voetjes in je rug. Je negeert het wakker worden én het kietelen onder je voet. Je wordt wakker en denkt, het wordt een laaaaaange dag…

Nee, ik zal het niet ontkennen, ik slaap beter zonder de kleintjes in mijn bed. Nu je zin?

Maar God, wat mis ik soms die plakkerige voetjes, warme adempjes en kriebelende haartjes in mijn rug en gezicht bij het wakker worden. En wat mis ik die warme armpjes zomaar opeens midden in de nacht om mijn nek. En wat baal ik als ik mijn bed uit moet als één van de kleintjes in hun eigen bed een nachtmerrie heeft.

Ja mijn kleintjes worden groot en blijkbaar hoort ook dit bij het loslaten. Maar geen moment dat ik  spijt heb gehad van de nachten dat ik mijn kleintjes in mijn bed liet.

co-sleeping

Het naar-bed-breng-ritueel (volgens mijn kinderen)

Als allereerste wil ik even zeggen dat ik diep, diep respect heb voor alle alleenstaande moeders (en vaders) die elke avond hun kleintjes naar bed moeten brengen. Alleen.

Want drie kleintjes naar bed brengen in je eentje, het is gewoon bijna niet te doen.

Het begint al bij de aankondiging, het moment waarop ik mijn kleintjes vertel dat het bedtijd is. Hoe kan ik ze zoiets vreselijks aandoen? Elke avond weer. Het is het alsof ik ze vertel dat ze nooit meer een feestje mogen geven of dat Sinterklaas niet bestaat. Maar feitelijk zeg ik alleen maar dat het weer tijd is om lekker te gaan slapen.

Als ik mijn kleintje aan het woord zou laten over hoe het naar-bed-breng-ritueel zou gaan, dan zou ze ongeveer het volgende zeggen.

Kleintje aan het woord

We moeten eerst helemaal zelf naar boven lopen, niemand die ons wil tillen. Belachelijk, want we zijn zo mooeeee! Dan zet mama ons onder de douche, waar we niet eens alle flessen shampoo leeg mogen knijpen. Vervolgens mag mama wel in die fles knijpen en smeert ze het nog over onze hoofdjes ook. Het prikt niet, beweert ze. Ze heeft zelf zeker nog nooit dat spul met ogen open onder de douche uitgespoeld.

Als we dan eindelijk lekker onder de douche staan, moeten we er alweer uit! Meteen afdrogen en pyjama’s aan. Het liefst rennen we nog even rond in onze blote kont, maar dat vind mama ook al geen goed idee. Pyjama’s aan dus. We willen het niet zelf doen, we zijn te moooeeee!!

“Hebben jullie al geplast?”, vraagt mama.

“PLASSEN EN TANDENPOETSEN!”, roept mama dan. We horen haar wel, maar we luisteren gewoon liever niet. Ik heb het namelijk veel te druk met het treiteren van mijn broertje. Die hapt zo lekker op alles wat ik zeg. Plassen en Tandenpoetsen NU! Oké, het is menens. Braaf hobbelen we naar de badkamer, waar ik als eerste roep “Ik eerst!”. “Nee, ik eerst!”, roept mijn broertje dan. Maar mijn zusje vindt dat zij als eerste aan de beurt is.

“Hebben jullie al geplast?”, vraagt mama.

Mwaaah, mwhaaaaa! Opeens hebben we ontzettende drang om het op een gillen te zetten. Alle drie. Mama maakt overigens gewoon gebruik van de mondjes die wijd open staan en poetst onze tandjes. Ho, wacht even. Niet de bedoeling dat het gemakkelijk gaat. Alle drie klappen we onze kiezen op elkaar en klemmen de tandenborstel…

Tjonge, mama kan ook nergens om lachen.

Oké, oké, we gaan naar bed. Maar eerst rennen we nog even die kamer in en verstoppen we achter het gordijn. Grappig grapje toch?

“Hebben jullie al geplast?”, vraagt mama.

Okéokéoké, nu gaan we echt naar bed.

We kiezen een boekje. Of eigenlijk kiezen we alle drie een boekje. Mijn zusje is duidelijk; die roept 98 keer “Nijntje viert feest!”. Ik vind het persoonlijk nog even nodig om te gaan blèren. Gewoon omdat ik moe ben en een hekel aan Nijntje heb. Logisch toch?

Door al het geblèr heeft mama geen zin meer om voor te lezen. Lekker dan…

We liggen hoor! Opeens bedenken we dat we alle drie nog moeten plassen… Mama zegt natuurlijk geen nee, die heeft namelijk geen zin om drie keer per week een pisbed te moeten verschonen. Ik ken haar wel een beetje.

En zo staan we alle drie weer voor de piespot te duwen. Ik was eerst, nee ik was eerst en ja hoor, natuurlijk gaat mijn broertje uitgebreid zitten poepen. “Ga beneden naar de wc dan!”, roept mama. Maar we willen niet naar beneden, want we zijn mooooeeeee! Het poepen bleek vals alarm. 

We liggen weer in bed.

“Mama, wil je bij me liggen?”
“Nee, mama wil je bij mij liggen?”
“Néé, mama je moet bij mij liggen!”

Mama gaat op de gang zitten.

Ik ben vergeten mijn handen te wassen! Nee, dat is heel erg, heel onhygiënisch! Ik móét nog even mijn handen wassen. Mijn zusje vindt het ook heel onhygiënisch en móét ook nog even haar handen wassen.

Mijn broertje vraagt zich nog even af wanneer we gaan avondeten en is diep teleurgesteld als blijkt dat de aardappelen met spinazie het avondeten waren.

Mama zegt nu met een dringende toon dat we écht moeten gaan slapen, anders wordt ze knettergek. Ik denk bij mezelf ‘dat is ze allang’, maar ik weet dat het verstandiger is om dat niet hardop te zeggen.

Het wordt stil in de kamers van mijn broertje en zusje. Ik probeer het nog één keer: “Mama, wil je bij me liggen?”. Ze geeft geen antwoord. Nou, nog één keertje dan: “Mama, wil je bij me liggen?”. Ze kan het niet meer aan en komt bij me liggen! Yes! “Kriebel je nog even op mijn rug?” Yes! 

GAAP, ik ben zo mooeeee…. zzzzz

Afbeelding kinderen in bed: Shutterstock

5 irritante feitjes voor elke (jonge) ouder

Voor je aan kinderen begon hoorde je wel het één en ander over het ouderschap, maar eigenlijk drong dat nooit echt door. Je natuurlijke oerinstinct negeerde al het negatieve en alleen de rozengeur en maneschijn was wat je voor je zag. Maar als dat kleintje er eenmaal is, dan is er geen weg meer terug. Dan zijn daar toch bepaalde dingen die je irriteren. Bijvoorbeeld dat slaapgebrek. Dat is irritant. Of die jaarlijks terugkerende Pieten discussie. Ook behoorlijk irritant. Het zijn welbekende irritante feitjes. Maar er zijn nog meer irritante feitjes die elke ouder leert kennen dankzij het ouderschap…

Feitje 1. De wereld draait door als je kleintje (eindelijk) een middagdutje doet

Waarom, oh waarom komt de pakketbezorger toch altijd op het moment dat je kleintje net (na een hevige strijd) in slaap gevallen is? Het lijkt zelfs wel alsof het volume van de bel twintig keer zo hard staat als hij erop drukt. En waarom hebben de vliegtuigen, altijd op het moment van het middagdutje, opeens een koers, zo laag mogelijk over jouw dak? Om nog maar te zwijgen over alle hulpdiensten die plots een route langs jouw huis lijken te hebben.

Feitje 2. Je krijgt altijd ongevraagde adviezen

Ik weet het, de adviezen zijn allemaal goed bedoeld. Maar dat maakt ze niet minder irritant. Voorbeeldje: ‘Zorg goed voor jezelf! Want hoe kun je voor een kleintje zorgen als je niet goed voor jezelf zorgt?’. Leuk en aardig allemaal, maar maak ondertussen dan maar even het avondeten, doe mijn kleintje maar even in bad, geef het meteen even de borst en zorg dat het in zijn eigen bedje slaapt. Dan zorg ik wel even voor mezelf…

Feitje 3. Je kleintje heeft een eigen mening

Ja ik weet het, dat is een zéér goede eigenschap. Maar niet als jij even snel een boodschap wil doen en je kleintje niet. Of als je je kleintje ’s morgens wil aankleden met je nieuw gekochte leuke jurkje, maar zij liever dat spuuglelijke Hello Kitty shirt aan trekt.

Feitje 4. Het is noodzakelijk om áltijd alert te zijn op plastic speelgoed dat over de vloer slingert

En het maakt niet uit hoe oud ze zijn, er ligt altijd wel ergens een lego blokje, een Barbie schoentje of een ander godvergeten plastic stuk speelgoed dat jouw blote voetzool (midden in de nacht) weet te vinden.

Feitje 5. Er komt een dag dat je wenst dat je je kleintje nooit had leren praten

Is het niet omdat je kleintje aan één stuk door ratelt en geen moment z’n kwebbel meer kan houden, dan is het wel om de meest genante opmerkingen die een kleintje maakt waar andere mensen bij zijn. Bijvoorbeeld als je kleintje op het (openbare) toilet opmerkt dat zijn vader een staart aan de voorkant heeft. Of als je kleintje in de supermarkt opmerkt dat die ene mevrouw een baby krijgt… Not! Of als je met je kleintje in de lift staat en je kleintje zich hardop afvraagt wie die gekke enge meneer is? Of als… Nou ja, er komt een dag dat je wenst dat je je kleintje nooit had leren praten.

Afbeelding jong gezin: Shutterstock

De eerste schooldag en de andere moeders

Het ‘echte leven’ gaat weer beginnen, de kleintjes gaan weer naar school. Niet alleen de kleintjes, ook wij mama’s (en papa’s) moeten weer wennen aan het schoolleven. Simpelweg omdat, ook al neem ik mezelf al een week voor om alvast weer in het schoolritme te komen, ik tot de laatste vakantiedag in de vakantiemodus sta. Ik heb wel zo een ideaal beeld voor me om mijn kleintjes in alle rust op hun eerste schooldag naar school te brengen, maar helaas…

En ook al breng ik nu mijn kleintjes al een paar jaartjes naar school, ik blijf mezelf telkens weer een nieuweling voelen. Het moment waarop ik weer voor die eerste keer van het schooljaar op het schoolplein stap, is gewoon een beetje ongemakkelijk. Toch weet ik inmiddels wel een beetje wat ik verwachten kan en dat zijn een aantal verschillende ‘soorten moeders’.

1. De fotografen

‘Kijk eens naar mij! Zeg KAAAAAAS!’ De moeder met haar telefoon of camera in haar hand omdat ze van plan is om van elke stap een foto te maken. Ze duwt de andere mensen een beetje opzij omdat haar kroost wel volledig op ’the picture’ moet. Een foto bij het hek, een foto bij de deur, een foto bij de luizenzak, een foto van het wegzetten van de beker, een foto van het gedag zeggen met de juf, een foto bij het tafeltje, een foto van het zwaaien. 10 Minuten later zijn de foto’s te bekijken op Facebook.
Zeer confronterend overigens, omdat ik me, bij het bekijken van de foto’s op Facebook, realiseer dat ik ook wel even een fotootje had kunnen maken… 

2. De huilies

Op deze moeders ben ik eigenlijk wel een beetje jaloers. Ze zijn namelijk zó verdrietig dat de leuke zomervakantie voorbij is, dat ze het niet droog kunnen houden.

3. De klassemoeder

Deze moeders zijn schaars, maar als er eentje is, dan staat ze daar met een brede glimlach en met een lijst in haar hand om vrijwilligers te werven voor de luizenpluis, de schoonmaak-ochtenden en andere vervelende klusjes.
Door mijn gebrek aan assertiviteit en ‘nee’ kunnen zeggen, probeer ik deze moeder zoveel mogelijk te ontwijken.

4. De Popiejopies, oftewel de ‘op de vroege ochtend er gelikt uitziende moeders’

Ja, het lijkt de middelbare school wel, maar ze bestaan nog steeds! Van die groepjes die ‘het’ gewoon hebben. Er op maandagochtend uitzien alsof ze zo bij de styliste vandaan komen. En dan zien ze er ook nog altijd zo gelukkig uit. Of schijn bedriegt? Daar kom je nooit achter, je komt er bij zo een groepje namelijk niet tussen.

5. De afzetter

Deze moeder zie je niet, of in ieder geval zie je haar enkel zwaaiend vanuit de auto. Ze zet haar kinderen namelijk alleen maar af en scheurt vervolgens zo snel mogelijk naar haar werk om daar waarschijnlijk een vreugdedansje te doen en de champagne te laten ploppen omdat de schoolvakantie weer voorbij is.

6. De wanhopige moeder die eruit ziet alsof ze wel een weekje vakantie gebruiken kan

Deze moeder heeft een leger aan kinderen (allemaal in een andere klas) en het lukt haar maar niet om de kleintjes op een normale manier, rustig en op tijd op de eerste schooldag in de klas te krijgen. Ze is blij dat de vakantie weer voorbij is, zodat de kinderen weer vermaakt en ‘opgevoed’ worden op school, maar heeft er daarentegen ook zo de pest in dat elke ochtend weer een race tegen de klok is.

Yep, that’s me…


Afbeelding: Shutterstock

Hoe regel je een girls-night-out met het thuisfront?

Voordat ik kinderen kreeg had ik geen idee dat ik mezelf zo goed kon wegcijferen. Ik kom namelijk vrijwel nooit op de eerste plaats te staan. De kinderen staan op de eerste plaats, over het algemeen de man op de tweede en daarachter aan komt (als ik geluk heb) ik, de moeder. Soms is het weleens een innerlijke strijd. Want ik wil ook weleens geen moeder zijn. Niet continu aan de kleintjes denken. Maar de gedachte alleen al geeft me een schuldgevoel. En dat schuldgevoel verdwijnt als ik de kleintjes weer op hun troon zet.

Maakt het me een fantastische moeder? Geen idee. Het maakt me in ieder geval een waardeloze ik. Het is tijd voor verandering. Tijd voor een ‘girls-night-out’! Tijd voor een avond in mijn broek pissen van het lachen. Tijd voor een onbetaalbare avond met mijn bff’s.

En nu is de vraag, hoe gaan we zo een nachtje weg organiseren zonder dat het thuisfront ten ondergaat aan dit moederloze weekend?

Maak een draaiboek

Wil de man graag instructies betreft het reilen en zeilen binnen het gezin? Maak een minuut tot minuut schema. Een stappenplan. Leg stapeltjes kleding klaar. Plak hier en daar een post-it met eventuele adviezen en waarschuwingen als: ‘Vraag van te voren hoe de peuter haar brood gesneden wil hebben! Niet goed gedaan? Doe het opnieuw!’

Hij is geen idioot

Oke, je moet hem misschien niet gaan vragen om biologische, verantwoorde maaltijden te gaan bereiden. De kans is groot dat het een puinhoop wordt in huis, als dat het al niet was. En je kleintjes lopen er misschien bij alsof ze zo bij een carnavalsoptocht kunnen aansluiten. Maar hij is de vader en hij kan het prima in zijn eentje handelen.

En anders belt hij zijn moeder.

Hij belt zijn moeder.

Dus, weg met het schuldgevoel en boeken dat nachtje weg met de meiden! Het zal iedereen goed doen.


Afbeelding: Shutterstock